(klik op deze tekst om een voorgeadresseerde mail te openen) |
Terug naar het Engelfrieten overzicht |
---|
Naar beneden |
---|
Op onze site hebben we zoo'n mooi verhaal over de Rotterdamse Schutterij en hoe die zich verzamelden en werden toegesproken door de Burgemeester, want de 10-daagse veldtocht ging beginnen. Nog steeds een gevleugelde uitdrukking in de familie, als je veel verjaardagen achter elkaar hebt, dan heet dit bij ons een 10-daagse veldtocht......
Klein citaat :
Marinus Cornelis Bichon van IJsselmonde
Burgemeester van Rotterdam
1824 - 1845
LINK
En toen kwam in 1830 de Belgische Opstand, een golf van vaderlandsliefde ging door de Nederlanden, zowel in de Noordelijk als de Zuidelijke... . Tal van schutters melden zich aan, ook uit Rotterdam. Een schutter was zoo enthousiast dat hij dwars door het windvaantje van de Ooster Oude Hoofdpoort schoot. Per boot vertrok men uit Rotterdam, vooraf gegaan door een bemoedigende speech van de Burgemeester die helaas niet mee kon, want had wat anders te doen, lees zelf maar :
De schutterij van Rotterdam per stoomboot op weg naar Antwerpen (1830)
De militairen die in 1831 naar België trokken, om de opstand aldaar te onderdrukken, werden enthousiast uitgeleide gedaan door de achterblijvers. De burgemeester van Rotterdam, mr. M. C. Bichon van Ysselmonde, hield een toespraak tot de 'moedige* stadsgenoten, die de eer van het vaderland moesten verdedigen.Uit dezelfde tijd, ook in Rotterdam, werd er, aldus dit verhaal, dit ondernomen, wat dus mooi aansluit bij de toespraak van Burgemeester van Rotterdam, mr. M. C. Bichon van Ysselmonde:
"Nadat ter Beurze de manschappen bijeen gekomen waren en zij nu gereed stonden af te trekken om de stad hunner inwoning te verlaten, trad de Edel Achtbare Heer Burgemeester onzer Stad, Mr. M. C. Bichon van Ysselmonde (van wien insgelijks twee zonen onder de uittrekkende Schutters zich bevonden), in het midden van het rondom hem geschaarde korps, en deed aan hetzelve de navolgende hartelijke toespraak:
'Zoo is het uur dan daar, waarde en hooggeachte Stadgenooten ! het uur waarin gij deze muren verlaat, om, opvolgende de stem des Konings, de inspraak uwer Vaderlandsliefde, en hel gevoel van eer en pligt, vrijwillig de wapenen te voeren ter verdediging van dien heiligen bodem, waar onze wieg stond, waar wij hopen, dat eenmaal ons graf wezen zal. En zouden wij, die er trolsch op zijn aan het hoofd van zulk eene Burgerij te staan, dan op dezen plegtigen dag niet gaarne ons "vaarwel!" aan u uit-boezemen.
Ja gewis! waar gij gaat, brave Stadgenooten ! zullen onze hartelijke, onze welmeenende wenschen u vergezellen: Gods zegen ga met U! Verwerft, door krijgstucht, orde en gehoorzaamheid aan wel en regel, de algemeene achting! Handhaaft door moed, trouw en beleid, de eer en roem van Rotterdam! Zoo gij, ter verdediging onzer onafhankelijkheid, buiten onze vesten voor ons werkzaam zijt: wij, door andere pligten hier gebonden, zullen er, naar vermogen, voor de belangen, voor het welzijn uwer achtergelatenen zorgen: uwe belangen zijn de onze, want in uwe gelederen zijn onze vrienden, onze aanverwanten, ons bloed, onze kinderen.
Vaart dan wel! Gaat met kalme gelatenheid, met fieren moed, Eere zij Hollands trouwe en der standvastigheid van het Noorden aan eenmaal vrijwillig gezworen eeden!!!
Keert met roem in welzijn tot ons terug! Opene armen en warme harten wachten u, in gunstiger tijden, in betere toekomst, met blijde welkomstgroeten weder, en, bij gaan en keeren, zij de juichtoon van al wat edel en braaf denkt, van u, van ons, van ieder Hollandsch hart,"Leve, leve de Koning !!!!
Maar ook nog op andere wijze heeft hij zich hoogst verdienstelijk gemaakt en geheel het Vaderland en het regerend Huis aan zich verpligt. Niet voldaan met in de hagchelijke en onrustige jaren 1830 en daarop volgende door kleine stukjes in dicht en proza den vaderlandschen geest te schragen, tot moed en volharding op te wekken, vormde hij, met twee verdienstelijke stadgenooten, de Heeren G.C. Tielenius Kruijthoff en H.H. van Dam, in den geest van Z.M. besluit van 11 October 1830, eene Commissie ter bevordering van de vrijwillige wapening, zoowel door het leveren van wapenen als door het inzamelen van geldelijke bijdragen, en bekend is het hoeveel die Commissie gedurende eene reeks van drie jaren voor het Vaderland verrigt heeft.
En natuurlijk kwam er ook een oorkonde :
Het aandenken van de Belgische Opstand (1840)
Een Rotterdamse Schutter die deelnam aan de Tien Daagse Veldtocht (1849)
Een van de meest hardnekkig verdedigde forten door de Nederlanders was de Citadel van Antwerpen, verdedigd onder leiding van Baron Chassé. Baron Chassé gaf zich pas over na een zwaar Frans bombardement. Ook Baron Chassé werd dus een Nationale Held net als Van Speijk. En inderdaad kom je de naam Chassé nog op veel (ex-) militaire plaatsen in Nederland tegen, bijv. in Breda.
Geert van der Velde kwam met deze foto :
In een foto-album uit de familie heb ik deze foto van een stoere man die blijkbaar aan de 10-daagse veldtocht en het beleg van de citadel van Antwerpen heeft meegedaan. Hij draagt het metalen kruis en de citadel medaille. Ook een medaille voor verdienste en trouw van de afdeling Rotterdam. Weet er iemand een methode om de naam van deze bink te achterhalen? Zijn er overzichten van de Rotterdammers die aan de veldtocht hebben meegedaan? Ik ben benieuwd!
Heel veel later kwam Geert van der Velde met deze korrektie:
Inmiddels ben ik er achter dat het Jan LEER, was, geboren 7 mei 1809 in Rotterdam, gestorven 25 mei 1876 in Rotterdam.
Jan was deurwaarder der directe belastingen in Rotterdam (dat werden de oud-strijders uit 1831 wel meer, een soort staatspensioentje).
J. Leer was in 1871 secretaris van de Afdeling Rotterdam, 2de Sectie, van de Vereeniging Het Metalen Kruis. In het overzicht van de leden van deze tweede sectie uit 1871 van zijn hand, staat hij vermeld als drager van de Citadel Medaille en van de 12-jarige Medaille. Samen met het Metalen Kruis en het 'draagteken' van de Rotterdamse afdeling, 2de Sectie, prijken deze medailles op de borst van de gefotografeerde oud-strijder. Dat draagteken was ook in 1871, kennelijk in het kader van de wederopleving van de Vereniging, gemaakt.
Zie mijn sites:http://www.vandervelde.net/1830/
http://www.vandervelde.net/1830/vkrdam.htm
Op de laatste site staan links naar de ledenlijsten van de twee secties van de Vereniging Het Metalen Kruis uit Rotterdam.
Ook van deze Baron Chassé is een mooie dagorde overgeleverd die dus ook niet in dit verhaal mag ontbreken:Dagorder voor de Citadel der stad Antwerpen alsmede der onderhorige forten en verdere Z. M. Zeemacht op de Schelde.
Baron D.H. Chassé (1765 - 1849) en zijn mannen werden in krijgsgevangenschap gehouden in het Noord-Franse St. Omer.
DAPPEREN KRIJGSBROEDERS!
Het ogenblik waarop oud Hollands moed en Trouw een nieuwen proef zal ondergaan nadert, binnen weinig dagen zal zich een Fransch leger voor deze muuren vertoonen om ons zoo mogelijk tot de overgaven dezer sterkte benevens de onderhorige Forten met kracht van wapens te dwingen.
Vol vertrouwen op de regtvaardigheid onzer zaak en gerust op uw beproefde moed en verknochtheid aan Koning en Vaderland zullen wij dit leger onverschrokken te gemoet zien.
DAPPEREN KRIJGSBROEDERS!
Geheel Nederland en zelfs Europa houd het oog op ons gevestigd: toont dan in 't algemeen en elk uwer in het bizonder dat het vertrouwen hetwelk onze Dierbaare koning ons geschonken heeft niet aan onwaardigen besteed is en neemen wij het onwankelbaren voornemen om ons met mannenmoed tot het uiterste te verdedigen.
Leve de Koning.
De Generaal opperbevelhebber van de Citadel van Antwerpen, der onderhorige forten en zijner Majestijds Zeemacht op de Schelden
was getekend
Baron Chassé.
Over David Hendrik Chassé is natuurlijk nog wel iets meer te vertellen:
Chassé had als bijnaam
Generaal Bajonet
Chassé werd al op 10-jarige leeftijd militair. Als patriot week Chassé in 1787 uit naar Frankrijk en kwam onder Dumouriez en later onder Pichegru als Overste weer terug naar de ex-Republiek. (LINK)
In 1799 diende Chassé onder Daendels en wist de Brits / Russische invasie in Noord-Holland te verslaan. In dienst van Lodewijk Napoleon vocht Chassé tegen de Pruisen. De grootste bekendheid kreeg Chassé in dienst van Napoleon in Spanje als bevelhebber van een Hollands hulpleger van 3000 man. Chassé vocht 6 jaar in Spanje. Als beloning werd Chassé tot Baron van het Franse Keizerrijk verheven. Chassé werd zelfs benoemd tot gouverneur van Spanje in Franse dienst.
Chassé werd later Generaal in het Keizerlijke leger en bleef tot op het laatst Napoleon trouw, waardoor Chassé ook de bijnaam kreeg
Het laatste schild van de Keizer
Maar gelukkig koos Chassé nog net op het goede moment de zijde van Willem I en vocht vervolgens tegen de Fransen in de Slag bij Waterloo......
Als beloning werd Chassé door Koning Willem I benoemd tot Vestingcommandant van Antwerpen.
In 1830 verdedigde Chassé de Citadel van Antwerpen met 5.000 man tegen 60.000 Fransen o.l.v. Maarschalk Gérard. Wat Chassé niet had moeten doen, was het (barbaarse) bombardement van de stad Antwerpen, op 27 oktober 1830. Het laatste stukje sympatie voor de Noordelingen was hierdoor in een keer bij de Belgen verdwenen, in het Noorden werd Chassé natuurlijk een Nationale Held.
Van December 1832 tot Juni 1833 werd Chassé krijgsgevangen gehouden in het Franse Saint Omer. Na zijn vrijlating werd Chassé benoemd tot Commandant van de vesting Breda, tot zijn eervol ontslag in 1839.
Daarna werd Chassé benoemd tot Lid van de Eerste Kamer, wat hij bleef tot de beroemde nacht van Willem II in 1848.
Chassé overleed in 1849 in Breda, waarna zijn naam verbonden werd aan de plaatselijke kazerne.
Chassé werd tijdens zijn militaire leven 2x zwaar gewond en tot 3x toe werd zijn paard onder hem vandaan geschoten....
Het verhaal van de laatste Nederlandse agressie oorlog in Europa, tegen het latere België, is wel bekend, mag je aannemen. De allerlaatste Nederlandse agressie oorlog was tegen het onafhankelijke Atjeh, klik maar eens HIER.
Het leger viel, na de opstand in Brussel, uiteen, de Belgische militairen deserteerden massaal en namen natuurlijk hun wapens mee. Er volgde nog een bombardement van Antwerpen, wat volledig averechts uitwerkte, ook de laatste Belg wilde toen niets meer met de Noordelijke Nederlanders te maken hebben en terecht natuurlijk.
In de winter van 1830 werd zowel het Nederlandse als het Belgische leger gereorganiseerd. Bij de opbouw van het Belgische leger werd dankbaar gebruik gemaakt van Franse hulp.
De Noord-Brabantse en Limburgse katholieke afdelingen van het leger werden overgeplaatst naar Friesland en Groningen, ze werden niet loyaal genoeg gevonden, geheel ten onrechte.
De rest van het leger, aangevuld met schutters uit de rest van Nederland, verzamelden zich in Noord-Brabant en trok in augustus 1831 naar het Zuiden.Herovering van Belgie is allang niet meer haalbaar, de grote mogendheden hebben al door laten schemeren dat dit niet getolereerd zal worden. Alleen de Russen willen wel helpen, want de zus van de Tsaar (Anna Paulowna) is immers gehuwd met de Nederlandse (populaire) kroonprins, de latere Koning Willem II. Citaat uit dit verhaal :
Later komt men er achter, Anna's brieven aan Rusland zijn grotendeels bewaard gebleven, dat zij de Belgen vergeleek met de Polen, 'naburig ongedierte', aldus Anna, gelukkig wisten de Belgen dat nog niet in 1832...
Anna Paulowna en Koning Willem II
Maar helaas, Tsaar Alexander I, de broer van Anna, had het inderdaad te druk met weer een opstand van de Polen....
En dus blijft er slechts 1 motief over voor Willem I, de Eer van de Natie is aangetast en natuurlijk ook het prestige van het Huis van Oranje !!
Meer dan 30.000 man trekken op vanuit Noord-Brabant onder bevel van de Held van Waterloo, de Prins van Oranje Willem George Lodewijk, de latere Koning Willem II.Militair gezien wordt het een makkie, het Belgische Maasleger wordt bij Hasselt verslagen, het Belgische Schelde leger bij Leuven. En dan vinden de Grote Mogendheden het welletjes, een Frans leger trekt tergend langzaam naar het Noorden en dus kan de Kroonprins zich zonder gezichtsverlies met zijn mannen zich weer terugtrekken op zijn uitvalsbasis in Noord-Brabant. Zij worden overal als Helden gehuldigd. Wie mee heeft gedaan aan de 10-daagse veldtocht blijft voor eeuwig een held, zelfs zoo'n 60 jaar later zal de jonge Koningin Wilhelmina nog veteranen van de 10-daagse veldtocht huldigen.
Over de grootte van het Nederlands en Belgisch leger vonden we nog dit:
De in de verdediging tegen Nederlandse aanvallen bekendste Belgische legereenheden waren het Scheldeleger (gelegerd in de provincie Antwerpen) en het Maasleger (gelegerd in de omgeving van Luik en Maastricht).
In Nederland werden de locale schutterijen, voor zover gemobiliseerd, tesamen met de nationale militie ondergebracht in een viertal uit twee brigades bestaande divisies infanterie.
Het hoofdkwartier van het Nederlandse leger was gevestigd te Breda. De eerste, tweede en derde divisie hadden hun hoofdkwartieren respectievelijk in Tilburg / Ginneken, het kamp van Rijen, en Eindhoven / Stratum. De vierde of reservedivisie, met hoofdkwartier St.-Oedenrode, kreeg aanvankelijk een ondersteunende functie ten behoeve van de overige divisies.
Op 1 juli 1831 was de Nederlandse legersterkte, inclusief de garnizoenstroepen, 90.696 man (Plus 9.263 paarden, exclusief die van de officieren).
Voor de Tiendaagse Veldtocht werden 37.340 man ingezet (exclusief de staven, maar inclusief 14.000 man schutterij), met 6.467 paarden en 78 vuurmonden. Hoewel het Belgische leger tijdens de Tiendaagse Veldtocht in totaal om en nabij 63.000 man (Plus 6.538 paarden) sterk moet zijn geweest, exclusief de garde civique (schutterij) bestaande uit enkele duizenden, zou voor de strijd tegen het Nederlandse invasieleger slechts 31.500 man actief zijn geweest.
De grootste verliezen tijdens de 10-daagse veldtocht worden veroorzaakt door honger, dorst, ongelukken, zieken, onderlinge vechtpartijen en nauwelijks door vijandelijk vuur, de Belgen waren immers zoo wijs om zich steeds snel uit de voeten te maken, want zij hadden toch de beste kaarten in handen en dan telt een nederlaag meer of minder niet zoo mee...
Zoo vertrekt een Noord-Hollandse schutterij brigade op 2 augustus ten zuiden van Eindhoven in de richting van de latere grens en verdwalen prompt. En dat zonder eten of drinken, want de keukenwagen wist hen natuurlijk ook niet meer te vinden. Bij Beringen aangekomen vinden ze de eerste slachtoffers van een schermutseling, maar waar is de vijand gebleven. En weer slaan ze aan het dwalen... En dan paniek, er wordt geschoten, het vuur wordt min of meer beantwoord tot blijkt dat het Nederlanders zijn, ook verdwaald. Na nog een nacht vol vals alarm moeten ze langs de Kroonprins marcheren die met luide stem roept :Juicht in dien deeze dag voorbij is
Steeds zuidelijker gaat het, de boeren ter plaatse verstaan ze niet meer, Franstalig niet ? De weg vragen is er dus niet bij....
Uiteindelijk bereiken ze St.Truiden, dat ze in hun eentje moeten verdedigen, want wordt hun door de burgers gemeld, een groot Belgisch Maasleger is in aantocht en in de stad zijn Belgische soldaten die zich met wapens en al verborgen houden. Maar alle geruchten zijn gelukkig niet waar en uiteindelijk worden ze door de burgers van St.Truiden van overvloedig eten en drinken voorzien, want die weten allang dat de Nederlanders zich hebben teruggetrokken, alleen hun Ollanders weten dat nog niet...
Tja en dan weer teruglopen naar Noord-Brabant terwijl iedereen je meewarig aankijkt en uitzwaait, ben je daar aangekomen moet je nog jaren wachtlopen, tot 1839 sommigen..., want pas toen gaf Willem I het op, het jaar daarop trad hij af
En dan Van Speijk :
Jan Carel Josephus van Speijk
Op 5 februari 1831 raakt Z.M. kanonneerboot no.2 op de Schelde vóór Antwerpen door een plotselinge windvlaag aan lager wal, zodat Belgen aan boord kunnen springen. De commandant, de tweede luitenant-ter-zee Jan Carel Josephus van Speijk, gooit zijn sigaar in het kruit. De gevolgen zijn verschrikkelijk.
Van Speijk weet wat hij doet. Hij had, in zekere zin, zijn bejubelde zelfmoord eerder aangekondigd. Hij schreef in december 1830 aan zijn nicht 'Intusschen moet ik Ued zeggen (zoo ik hoop mij te willen geloven) dat eerder Boot met kruid en mij in de Lugt gaat dan immer een infaame Brabander te worden of het Vaartuig over te geven'.
Deze haat was dus wat gevoed. Zelfs in haar strikt particuliere brieven aan Rusland spreekt Anna Paulowna van 'de smerigste aller revoluties' en worden de Belgische ex-onderdanen aangeduid als 'naburig ongedierte*. En verder heeft Anna nog mede te delen 'Ik moet je bekennen, dat ik veel Poolse trekken herken in België, en dat die de basis vormen van de diepe weerzin die ik voel en van de afkeer die me bezielt'
Van Speijk vergelijkt de Belgen liever met Javanen. HIj heeft zeven jaar in Indie gediend. Hij groeide op in het Burgerweeshuis van Amsterdam. Zijn braafheid werd geprezen.
Eerst nog kleermaker, maar nam op achttienjarige leeftijd dienst bij de marine. Ook daar bleef hij braaf en gehoorzaam. HIj is ook in dit opzicht nog een eeuw lang ten voorbeeld gesteld aan de opgroeiende jeugd van Nederland....
In Nederlands-Indie (LINK) nam Van Speijk deel aan de strijd tegen de radja van Boni op Zuidwest-Celebes in 1823. In 1825 begon de grote Java-oorlog (LINK)en spoedig kreeg de jonge zee-officier te Soerabaja het bevel over Z. M. kanonneerboot no 16. Hij bestookte beurtelings de kusten van Bangka en Java en verwierf de bijnaam 'Schrik der Roovers'. HIj was reeds ridder in de Militaire Willemsorde (LINK) vóór het uitbreken van de Belgische opstand. (LINK)
Zijn heldendood verwekt in het Noorden van het Oranje-koninkrijk een golf van vaderlandsliefde en dan nog wel op het juiste moment, het ogenblik van de wapen oproep van koning Willem I, die de natie rijp moet maken voor de Tiendaagse Veldtocht van Augustus.
Van Speijk, nog maar 29 jaar oud, dompelt op die februaridag talrijke gezinnen in diepe rouw. Het is nooit precies duidelijk geworden hoeveel slachtoffers hij heeft gemaakt. En ook de meeste bijzonderheden van deze dramatische gebeurtenissen zijn in de veelheid van snorkende verhalen, gelegenheidsgedichten, tekeningen en schilderijen verloren gegaan.
Maar als Van Speijk liever de lucht in gaat, bevordert hij het vaderlands gevoel. Het duurt wel even vóór de verantwoordelijke leiders in het gerafelde Koninkrijk der Nederlanden inzien welke kansen deze Antwerpse buskruitramp biedt voor het opvijzelen van het nationalisme. Pas op zondag 13 februari, acht dagen na de ontploffing, leidt de heldendood van Van Speijk tot de afkondiging van vier dagen rouw bij de krijgsmacht. De volgende dag houden alle garnizoenen een parade en wordt een dagorder voorgelezen van de opperbevelhebber, luitenant-generaal J.J. van Geen. Van Speijk had op Celebes nog onder hem gestreden.
geen sigaar, maar een schot, het effekt is natuurlijk hetzelfde
Er komt, meteen in 1831, een grafmonument voor Van Speijk in de Nieuwe Kerk in Amsterdam, waar zijn restanten worden begraven, en dus op dezelfde lijn als Michiel de Ruyter met het beroemde grafschrift (LINK) :
het Michiel de Ruyter monument
in de Nieuwe Kerk in Amsterdam
Aanschouw, aanschouw, den Held
Der Staten rechterhand
Den Redder van 't vervallen Vaderland
DEN ALLERHOOGSTEN EN ALGOEDEN GOD ZIJ DIT GEHEILIGT:
Mitsgaders de eeuwige gedachtenisse van Michiel de Ruyter, opper-admiraal van Holland en West-Friesland, door drie Koningen van Europe met adellijke wapenen, ridderlijke waardigheid en hertogdom in 't Koninkrijk Napels, begiftigd: een Heer die, zonder het voorlichten van voorouderlijke adel, alles Gode en zijn dapperheid had te danken: door een ervarenis van acht en vijftig jaren, in het stuk der zeezaken d'allerkundigste zijner eeuwe, de grootste daden den geheelen Oceaan en Middellandsche Zee door, in zeven oorlogen loffelijk verricht, eilanden en sterkten in 't Noorden en Zuiden verovert, den Nederlanders die groote kust aan de Atlantische zee gewonnen, den zeeroover getemd hebbende, heeft hij als opperhoofd in vijftien groote slagen onoverwinnelijk gevochten, dien boven anderen gedenkwaardigen slag van vier dagen geleverd, en vier maal 't overgroot geweld der vereenigde vloten van den hals der republiek zeer voorspoedig afgekeerd: minder in macht - in dapper' heid gelijk, in beleid en geluk meerder. Eindelijk hebbende 't vaderland uit het uiterste gevaar gerukt, is hij, in den tweeden slag bij Siciliën gewond, in de haven van Syracuse manhaft gestorven.
Hij heeft geleeft 69 jaren, 1 maand, 5 dagen.
De Schrik des Grooten Oceaans.
Nog steeds schijnen ze bij de Marine te zingen :Het voorbeeld door Van Speijk gegeven,
Ook is er nog steeds een Koninklijk Besluit van kracht, waarin bepaald is dat altijd één van de schepen of vaartuigen van de Marine de naam "Van Speijk" zal voeren.
volgen wij met hart en hand
Meer over de Belgische Opstand kun je o.m. lezen in dit verhaal
1815 - 1830: de aanleiding tot de Belgische opstand en afscheiding
N.a.v. de eerste zin van dit verhaal over Van Speijk:
Op onze site hebben we zoo'n mooi verhaal over de Rotterdamse Schutterij en hoe die zich verzamelden en werden toegesproken door de Burgemeester, want de 10-daagse veldtocht ging beginnen. Nog steeds een gevleugelde uitdrukking in de familie, als je veel verjaardagen achter elkaar hebt, dan heet dit bij ons een 10-daagse veldtocht......
kregen we een hele leuke reaktie van het Legermuseum (ja, dit was een link) in Delft, die vroegen of ze deze uitdrukking mochten gebruiken
Met genoegen heb ik op uw site de toespraak van uw Rotterdamse burgemeester gelezen. Uw inleidende regels voor deze bron, waarbij u weet te vertellen dat een 10-daagse veldtocht nog stand houdt als verjaardagen-marathon, zou u er bezwaar tegen hebben als ik die in een klein stukje in onze museumgids citeer? Vanzelfsprekend met bronvermelding. Ze zijn zo treffend.....
Na enige weken rolde er een zeer fraai museumgidsje bij Aad binnen, waarin opgenomen de volgende prent, met op de achtergrond een kanon buitgemaakt op de Belgen bij Hasselt...
Aad leest zoiets natuurlijk meteen van A tot Z en was diep onder de indruk van de tekst, waarover hij het volgende mailde naar het Legermuseum (ja, dit was een link) :Jaren geleden ben ik even bij jullie binnen geweest, maar lees nu dat jullie een gigantische bibliotheek hebben, dat vraagt natuurlijk om een bezoek van Aad, maar niet alleen van hem, aan het
- Philips II i.pv. Filips II, heel goed, de enige juiste spelling, ik neem boeken waarin staat Filips II meestal maar niet serieus. We kennen toch ook Philips in Eindhoven, niemand haalt het in zijn hoofd om dat plotseling Filips te gaan noemen....
- Britten, heel consequent i.pv. Engelsen, heel korrekt, doe ik ook consequent op mijn eigen website, sinds 1707 weet je niet of het een Engelsman of een Schot is, weet je het niet zeker, dan zijn het Britten en ook de Staat heet Groot-Brittannie en geen Engeland, deed me heel goed dit te lezen
- En de rol van de Waffen-SS in WOII in Nederland, zeer goed, weinigen zullen dat weten van die 20.000 vrijwilligers, we praten liever alleen maar over het Verzet
- En dan last but not least, als NedIndie kenner erger ik me ook altijd aan de kreet Politionele Acties, jullie hebben duidelijk ook het boek van Van Liempt gelezen over de "Vuile oorlog', precies hetzelfde noem ik het ook op mijn site, bijvoorbeeld in het verhaal over Poncke Princen
Naar Aad's Nederlands-Indië geschiedenis verhalen
- Kon slechts 1 foutje ontdekken, Willem III viel van zijn paard in 1702 en niet in 1701
Legermuseum in Delft
Van harte aanbevolen
Van Willem Nieland ontvingen we deze fraaie historische tekst over de begrafenis van den onvergetenlijken Held Van Speijk op Vrijdag den 4den Mei 1832
Willem Nieland heeft ook een zeer bijzondere boekensite, van harte aanbevolen:
http://www.linksrichten.nl
Terug naar Aad's homepage, met links naar al zijn verhalen |
---|
|
wat zijn we trots op ons familiewapen ...., beetje jaloers zeker .... |
Terug naar de top |
---|