(klik op deze tekst om een voorgeadresseerde mail te openen) |
Terug naar het Engelfrieten overzicht |
---|
Naar beneden |
---|
Op een site over Rotterdam, hoort natuurlijk iets over Hugo de Groot, ook bekend onder de naam Hugo Grotius. Hugo de Groot was een medestander van Johan van Oldenbarnevelt, ook ooit Pensionaris van Rotterdam, ook over Oldenbarnevelt hebben we natuurlijk een verhaal : LINK
Hugo de Groot werd meerdere keren door Oldenbarnevelt naar voren geschoven, zoo werd Hugo benoemd tot VOC gezant in Engeland, nam hij deel aan de onderhandelingen met Frankrijk in 1598 en werd hij, steeds op voordracht van Oldenbarnevelt, in 1607 benoemd tot fiscaal aan het Hof van Holland. Ook ontving Hugo de Groot de eervolle opdracht van de Staten van Holland om de geschiedenis van het Graafschap Holland te beschrijven.
Hugo de Groot (in het Latijn: Hugo Grotius) werd geboren te Delft op 10 april 1583 als telg van een patriciërsgeslacht. Zijn vader, Jan de Groot (1554-1640), had veel bekende geleerden uit de Republiek tot vriend, die Hugo's bijzondere begaafdheid - vanaf zijn achtste kon hij dichten in het Latijn - snel erkenden.
Op zijn elfde ging Hugo studeren aan de universiteit van Leiden.
In 1598 bezocht hij Frankrijk als lid van een gezantschap naar koning Hendrik IV onder leiding van Oldenbarnevelt, Hendrik IV noemde de 15-jarige (!) Hugo het wonder van Holland, en terecht, Wie maakt er al op de leeftijd van 15 deel uit van een officiele staatsdelegatie, het is nooit meer voorgekomen, zegt men...
Op 5 mei ontving hij van de universiteit van Orléans een doctoraat in het civiele recht. Na zijn terugkeer vestigde Hugo zich, zestien jaar oud, als advocaat in Den Haag (1599-1607), waar hij in het huis van hofpredikant Johan Wtenbogaert (1557-1644) woonde.
Van 1607 tot 1614 was hij advocaat-fiscaal (openbaar aanklager) bij het Hof van Holland en de Hoge Raad. In 1608 trouwde hij met de Zeeuwse regentendochter Maria van Reigersberch (1589-1653), ze kregen samen vier zonen en drie dochters.
In 1613 werd hij benoemd tot pensionaris van Rotterdam (LINK); in deze positie nam hij dikwijls deel aan de vergaderingen van de Staten van Holland.
Als rechterhand van Oldenbarnevelt in diens politiek-religieuze conflict met prins Maurits wierp Hugo zich op als pleitbezorger van de Staten van Holland en van de remonstranten. Op 29 augustus 1618 werden Hugo de Groot, Oldenbarnevelt en de Leidse pensionaris Rombout Hogerbeets (1561-1625) in opdracht van Maurits vastgenomen.
In mei 1619 volgde de onthoofding van Oldenbarnevelt, terwijl Hugo de Groot werd veroordeeld tot levenslange gevangenisstraf en verlies van zijn bezittingen.
verschenen na 13 Mei 1619, de onthoofding van Oldenbarnevelt en andere hoofdpersonen
v.l.n.r.
Oldenbarnevelt, Ridder, Heer van Berkel en Rodenrys
Johannes Uyt den Boogaart, gewezen Predikant van Zn. Excel. (Maurits)
Hugo Grotius, Pensionaris der Stat Rotterdam
Rombout van Hoogerbeets, Raedsheer en Pensionaris der Stat Leyden
Gillis van Ledenberg, Secretaris der Heeren Staten van Utrecht
Adolf van Wael, Heer van Moersbergen
Hugo de Groot werd vastgehouden in slot Loevestein maar ontsnapte op 22 maart 1622 in een boekenkist en vluchtte naar Parijs.
Over deze beroemde vlucht zijn natuurlijk, ook al in die tijd veel pamfletten en prenten gemaakt:
het jasje wat Hugo de Groot droeg tijdens zijn ontsnapping
nu in het Schielandshuis te zien
De Leidse professor Erpenius stuurde Hugo de Groot regelmatig een grote kist met boeken via zijn zuster, mevrouw Daetselaar in Gorinchem. Bij aankomst en terugzending van de kist werd deze op het kasteel door bewakers gecontroleerd. Er mochten alléén boeken in zitten.
Omdat er door de bewakers nooit iets verdachts gevonden werd, verslapte mettertijd de controle, met name op dagen dat de commandant afwezig was.
Maria van Reigersberg, de vrouw van Hugo de Groot, en hun dienstmeisje Elsje van Houweningen deelden vrijwillig de gevangenschap van Hugo de Groot. Maar zij waren geen veroordeelden en kregen daarom iets meer bewegingsvrijheid. Af en toe mochten zij naar de markt in Woudrichem of Gorinchem gaan. De verslapte controle was hen niet ontgaan en zij maakten hiervan gebruik bij het beramen van een ontsnappingsplan.
Op 22 maart 1621 vluchtte Hugo de Groot in de boekenkist uit zijn gevangenis. Hij vermomde zich bij de familie Daetselaar in Gorinchem als metselaar en werd de stad uit geholpen.
In oktober 1631 keerde Hugo de Groot naar zijn geboorteland terug, hij werd advocaat in Amsterdam. Hugo de Groot werd zelfs het Gouverneur-Generaalschap van Indië aangeboden, (link), maar toen hij weigerde eerst gratie aan te vragen, moest hij in april 1632 het land weer verlaten.
In de winter van 1634-1635 werd hij Zweeds ambassadeur te Parijs, maar in 1645 gaf de koningin van Zweden hem ontslag.
Tijdens zijn terugtocht van Zweden naar Lübeck op 13 augustus 1645, leed het schip van Hugo de Groot schipbreuk; hij overleed van uitputting in Rostock op 28 augustus 1645. Zijn lichaam werd overgebracht naar Delft en daar op 3 oktober in de Nieuwe Kerk begraven. Hugo de Groot's laatste woorden waren :
Door veel te begrijpen, heb ik niets af kunnen maken
Tot zijn vele bewonderaars behoorden Pieter Czn. Hooft, die zijn Warenar (1617) aan Hugo de Groot opdroeg, en Joost van den Vondel, die hem zijn Gijsbrecht van Aemstel (1637) opdroeg en Hugo de Groot in verscheidene gedichten verheerlijkte.
Hugo schreef Latijnse tragedies (zijn Adamus exul uit 1601 stond model voor Vondels Adam in ballingschap), theologische verhandelingen (waaronder Bewys van den waren godsdienst, geschreven in Loevestein in 1622), en zowel Latijnse als Nederlandse gedichten.
Zijn belangrijkste werken liggen op historisch en juridisch gebied. De antiquitate reipublicae Batavicae (1610) gaf een nieuwe impuls aan de Bataafse mythe; in Annales et historiae de rebus belgicis (pas in 1657 uitgegeven) wordt de Nederlandse geschiedenis van 1559 tot 1609 beschreven.
In opdracht van de VOC schreef Hugo de Groot De jure praedae (1604) als rechtvaardiging voor het buitmaken van Portugese schepen. Slechts één hoofdstuk, Mare liberum, verscheen tijdens zijn leven in druk (1609; de eerste druk van het hele werk verscheen pas in 1868, toen het manuscript bij toeval werd ontdekt).
Het Mare liberum was nodig om de VOC een vrije doorgang op zee te waarborgen, althans juridisch, en passant werd echter ook de kaapvaart behandeld. Maar toch was de kern van de boodschap uitstekend : de Oceanen zijn zoo groot, daar mag niemand het exclusieve zeggenschap over hebben en deze opvatting geldt nog steeds trouwens.
In Loevestein stelde hij zijn Inleydinghe tot de Hollandsche rechtsgeleertheyt samen, een overzicht van het Hollandse privaatrecht (verschenen in 1631); in Parijs bracht hij zijn beroemdste werk uit, De jure belli ac pacis (1625), dat de basis vormt voor het moderne natuur- en volkenrecht.
Ook de zoon van Hugo, Pieter de Groot, werd pensionaris van Rotterdam, klik maar gauw HIER
Zoon Pieter de Groot speelde ook een grote rol in de periode voorafgaand aan het rampjaar 1672:
Pieter de Groot
zoon van Hugo de Groot
We kregen de volgende reakties :
Het jasje van Hugo de Groot hangt dus helemaal niet in het Schielandhuis.
Ik ben nogal bezig met geschiedenis, en door dingen te aanschouwen en te lezen, hoop ik beter te kunnen onthouden, maar helaas.
Plonie Landman
Mooie site! Klein detail: er staat dat Hugo de Groot op 22 maart 1622 vluchtte uit Loevestein, maar uit de afbeeldingen blijkt dat dat 1621 moet zijn geweest!
Verder niets dan lof!
Marlies
We kregen ook de volgende foto van Ferdinand Salomon:
2006
Foto genomen in Rostock, waar Hugo de Groot is overleden
Hugo Grotius
1583 - 1645
Geinteresseerd in een historische rondleiding voor uw eigen groep(je) door Aad 'arcengel' Engelfriet, webmaster van deze grootste Nederlandstalige geschiedenis website, door o.m. een stad of streek in bijv. Nederland, België, Duitsland, Groot-Brittannië, Ierland en/of een historische lezing, publicatie, recensie:
Voor meer vrijblijvende informatie
aad@engelfriet.netWilt U eerst meer weten over Aad Engelfriet:
klik dan HIER
Terug naar Aad's homepage, met links naar al zijn verhalen |
---|
|
wat zijn we trots op ons familiewapen ...., beetje jaloers zeker .... |
Terug naar de top |
---|