Een e-mail sturen? Het e-mail adres is aad@engelfriet.net
(klik op deze tekst om een voorgeadresseerde mail te openen)
Terug naar  het Engelfrieten overzicht

Naar beneden 

Versjes, versjes, versjes........351 - 360

Alie (* 28 - 07 - 1920  † 15 - 09 - 2006) kende er zoo veel ....








T.g.v. de geweldig stijgende populariteit van onze versjes (dank, dank, dank!) worden de financiële lasten per maand voor onze Engelfriet site ook steeds hoger.....

En dus zijn we op zoek naar sponsors: zakelijk of privé.

Interesse?

Graag kontakt opnemen met

hans@engelfriet.net

Iedere bijdrage is van harte welkom !!







Wil je weer terug naar het overzicht, dan klik je op

Terug naar het liedjes lijstje

Leuker kennen we het toch niet maken..........




Liedje 351

Mijn Grootvader's klok was een deftige klok
Met haar uurwerk zo goed en secuur.
En zij liep zo geregeld, want al negentig jaar
Verkonde haar stem reeds het uur.
En op Grootvader's dag, toen zij 't levenslicht zag,
Kwam de klok ook het huis in meteen.
Maar opeens bleef hij staan, om nooit meer te gaan,
Toen 't doodsuur van 'd ouwe verscheen.

Refrein:
Sinds negentig jaar ongestoord, (tik tak)
Zijn levenstijd tellend steeds voor, (tik tak)
Maar opeens bleef hij staan, om nooit meer te gaan
Toen 't doodsuur van d'ouwe verscheen.

Als knaap reeds had Grootvader menige keer
Aan de klok zijn geheimen verteld.
En haar slinger steeds volgend, al heen en al weer,
Werd 't lief en leed hem verteld.
En met vrolijke slag, riep de klok hem ''goên-dag " ,
Toen als man, met zijn bruid, hij verscheen
Maar opeens bleef hij staan, om nooit meer te gaan,
Toen d'ouwe van d' aarde verdween.

Refrein


Terug naar het liedjes lijstje



Liedje 352

Klein Jantje, klein Jantje,
zag laatst een vinkennest.
hij dacht dat moet ik hebben,
want klimmen kan ik best.
al hoger, en hoger,
de tak waar hij op stond,
brak onder zijne voeten
en Jan viel op de grond.
Daar lag hij, daar lag hij,
nu in het bos alleen,
met schrammen in 't gezichtje
en een gebroken been.
Zijn vader, zijn vader,
zei foei o kleine guit.
Dat komt door al je klimmen,
haal toch geen nestjes uit.


Terug naar het liedjes lijstje



Liedje 353

Leve de vacantie!
Wuift met muts en pet.
Veertien dagen rusten.
Jongens! wat een pret!

Van 't gedurig schrijven
Zijn mijn vingers lam.
'k Heb geen les te leeren;
't Hek is van den dam!

Bokken voor den wagen,
Ezels voor de kar,
Gaten in de kielen,
Haren in de war.

Schoenen stuk geloopen.
Scheuren in zijn broek;
Leijen, schrift en pennen,
Alles in een hoek.

'k Ga nog uit logéren,
Voor een dag of vier,
Buiten bij mijn tante.
Jongens! wat pleizier!

‘'k Geef,’ sprak Pa, ‘permmissie,
Haal maar 't zeil in top.’
Ma zei: ‘'k mag het lijden:
't Ruimt hier heel wat op!’

Niemand is zoo vrolijk
En zoo blij als ik;
't Is een mooi vooruitzigt.
Jongens! 'k heb zoo'n schik!

‘Was die tijd maar heenen!’
Zucht en kermt Mama.
En ik roep van vreugde:
‘Hiep, hiep, hiep,..... hoera!’


Terug naar het liedjes lijstje



Liedje 354

Weer een drokken dag gesloofd,
Met verpijnde kracht,
En een suf gebeuzeld hoofd
Met mij t'huis gebragt.

Weer met daaglijks lief en leed
d'Avond achterhaald;
En met zorg en eerlijk zweet
Weer mijn brood betaald.

Goeden avond, hartlijk wijf,
Mijn geluk en lust,
Dat mij vurig prangt aan't lijf
En mij welkom kust!

Nu om u mij al het zuur
Wordt verkeerd in zoet,
En mij ieder avonduur .
EIken dag vergoedt:

Nu na d'arbeid mij de rust
Opneemt in haar schoot,
Waar gij weer mij welkom kust,
Lieve lotgenoot!


Terug naar het liedjes lijstje



Liedje 355

De winter is verganghen,
ik zie des Meien schijn.
Ik zie de bloemkes hangen,
des is mijn hart verblijd.
Zoo ver aan ginschen dale
daar is 't genoeglijk zijn.
Daar zingen de nachtegalen
en menig woudvogellijn.

of

De winter is vergangen
Ik zie des Meien schijn
Ik zie de bloempkens hangen
Des is mijn hart verblijd
Zo ver aan gene dale
Daar is 't genoeg'lijk zijn
Daar zinget die nachtegale
En zo menig woudvogelkijn

Ik wil de Mei gaan houen
Al in dat groene gras
En schenken mijn boel die trouwe
Die mij de liefste was
En bidden dat zij wil komen
Al voor haar vensterken staan
Ontvangt de Mei met bloemen
Hij is zo wel gedaan


Terug naar het liedjes lijstje



Liedje 356

Over de heuvels en stil in het dal
Daar staat een wonder, een schamele stal
Over de bergen , in 't licht van de nacht
Daar werd een wonder , een wonder volbracht.

Glorie, glorie, gloria
in excelcus deo
Glorie, glorie, gloria
halleluja.


Terug naar het liedjes lijstje



Liedje 357

De dorre vlakte der woestijnen
zal zich verblijden eindeloos
de vlakte zal herschapen schijnen
want bloeien zal zij als een roos
van heil'ge vreugde zal zij beven
doortinteld van een heerlijk leven
dat nimmer meer verwelken zal
zij zal de wonderen des Heren
aanschouwen en zijn grootheid eren
met jubelend triomfgeschal.

Versterk dan nu de slappe handen,
en zet hem vast, de wank'le voet!
Zeg tot die zucht in pijn en banden:
"Vreesachtige, heb goede moed!"
De Redder nadert ten gerichte:
van Zijn aanbidd'lijk aangezichte
straalt waarheid en barmhartigheid
Hij zal u leiden en vergelden;
de boeien breken, die u knelden,
Hij, Die u uit het diensthuis leidt.

Dan ziet het oog des blindgeboren'
Uw schepping in haar zomergloor;
dan dringen tot des doven oren
Uw godd'lijke oraak'len door.
De kreup'le zal van vreugde springen,
de sprakeloze tong zal zingen,
Hosanna's meng'lend tot Uw lof;
en stromen levend water spreiden
hun zilv'ren beekjes door de heiden,
zo fris als eens in Edens hof!

Waar eens venijn'ge slangen kropen,
de draken huisden in 't moeras,
daar gaan nu purp'ren rozen open,
daar fluit de leeuw'rik tussen 't gras;
daar wordt voor 's Heren gunstgenoten
een welgebaande weg ontsloten,
in liefelijke zonneschijn.
Dat pad, waar Hij hun voor zal treden,
de zwakste steunende op hun schreden,
zal Heil'ge Weg geheten zijn!

Daar wemelen geen schrikgedrochten,
daar rukt geen felle woudleeuw aan,
terwijl des Heren vrijgekochten
bij duizenden naar Zion gaan.
Zij jubelen in blijde reien:
zij kronen 't hoofd met groene meien,
een eeuw'ge blijdschap is hun kroon.
Zij voelen zich van Gods geslachte:
verstomd is nu de laatste klachte,
en - alle kommer weggevloôn!


Terug naar het liedjes lijstje



Liedje 358

À toi la gloire, O Ressuscité!
À toi la victoire pour l’éternité!
Brillant de lumière, l’ange est descendu,
Il roule la pierre du tombeau vaincu.
À toi la gloire, O Ressuscité!
À toi la victoire pour l’éternité!

Vois-le paraître: C’est lui, c’est Jésus,
Ton Sauveur, ton Maître, Oh! ne doute plus!
Sois dans l’allégresse, peuple du Seigneur,
Et redis sans cesse: Le Christ est vainqueur!
À toi la gloire, O Ressuscité!
À toi la victoire pour l’éternité!

Craindrais-je encore? Il vit à jamais,
Celui que j’adore, le Prince de paix;
Il est ma victoire, mon puissant soutien,
Ma vie et ma gloire : non, je ne crais rien!
À toi la gloire, O Ressuscité!
À toi la victoire pour l’éternité!


Terug naar het liedjes lijstje



Liedje 359

Als op 's levens zee de stormwind om u loeit
en ge tevergeefs uw arme hart vermoeit,
Tel uw zegeningen tel ze één voor één
en ge zegt verwonderd; Hij liet nooit alleen.

Refrein:

Tel uw zegeningen, tel ze één voor één,
tel ze alle en vergeet er geen.
Tel ze alle, noem ze één voor één,
en ge ziet Gods liefde dan door alles heen.

Drukken 's levens zorgen u soms zwaar terneer,
schijnt het kruis te zwaar u, zeg het aan de Heer.
Tel uw zegeningen, wil op Jezus zien,
dan zal 't harte zingen en de zorgen vliên.

Als ge ziet op and'ren met veel geld en goed,
weet, uw Hemelvader geeft u overvloed.
Tel uw zegeningen, voor geen geld te koop,
schatten in de hemel zijn uw blijde hoop.

Zo in alle moeiten, zorgen zonder tal,
wees toch nooit ontmoedigd, God is overal.
Tel uw zegeningen, Eng'len luist'ren toe,
troost en hulp schenkt Hij u, volg dan blij te moe.


Terug naar het liedjes lijstje



Liedje 360

Over de heuvels en stil in het dal
daar staat een kribbe, een schamele stal;
over de bergen in 't wit van de nacht,
daar werd het wonder, het wonder volbracht.
Glorie, gloria, Christus is geboren
Glorie, gloria, Halleluja!

Vorsten, zij kwamen in pracht en in praal,
purper, scharlaken en oosterse taal;
vorsten en volken zij brachten hun eer,
't Kind in de kribbe, zo lag het daar neer.
Glorie, enz.

Eng'len bezingen het lied door de nacht,
Christus geboren, de vrede gebracht!
Feest in de hemel en feest op het veld,
feest op de aarde, de mare verteld:
Glorie, enz.


Terug naar het liedjes lijstje



Enne we gaan gewoon door, want zoo zou Alie (* 28 - 07 - 1920  † 15 - 09 - 2006) het gewild hebben.....



Familiewapenklein
wat zijn we trots op ons familiewapen ...., beetje jaloers zeker ....


Terug naar de top





Last update :

19 Juni 2006