Een e-mail sturen naar Aad? Zijn e-mail adres is aad@engelfriet.net
(klik op deze tekst om een voorgeadresseerde mail te openen)
Terug naar  het Gastenboek

Naar beneden 

Gerard Martens vertelt weer een prachtig verhaal  ....


KLIK HIER VOOR DEEL 2

Mijn Rotterdam 3

 

 Met de hoofdpersonen van het boek voert van Iependaal je door de tijd. Vanaf rond 1900 tot en met de vier oorlogsdagen in mei 1940. Veel dingen lees ik, waarvan ik denk, daar kan ik zelf wel weer over vertellen. Ik vermoed nu ook, waarom ik in de Gerard Scholtenstraat ben geboren. Dat was toch een straat op stand en ik denk, dat mijn vader met zijn eerste vrouw het helemaal niet zo slecht hadden. Tot de Eerste wereldoorlog en de Spaanse griep. Dat was voor gewone mensen de nekslag. Hun kapitaal slonk schrikbarend en het verlies van geliefde familieleden plus het moeilijke leven, dat daarop volgde, ging niet in de koude kleren zitten. 

Hier volgen dan nog enige stukjes uit het boek Het is vlak voor de Tweede wereldoorlog en de N.S.B. is in flinke opkomst. Onwillekeurig heb ik de gedachte ben ik met iets ouds bezig? Het komt me bekend voor.

En het stel, dat daar ging, de aannemer met zijn compagnon, had het goed bekeken. De één donateur van het Vaderland Getrouw en de andere los lid van de N.S.B. en vaste bezoeker van het kringhuis!

Er gebeurden rare dingen: bolsjewiekse dominees en onafzetbare rechters, die het afschaffen van het recht aanbevalen en er naar handelden. Professoren, die de poespas van Mussert en consorten meer vertrouwden dan hun hersens. In de Jericholaan een grossier in faillissementen die plots eigenaar was geworden van een hypermoderne lampenwinkel in de Zwartjanstraat. Winkel op dure stand. Levering op afbetaling met het recht op gratis aansluiting en bespioneerd worden. De aannemers, daar in de kroeg, konden safe combienetjes maken zolang de burger bleef geloven in gewapend beton, licht op afbetaling en de stamelingen van de leider in Utrecht.

 

Dan zien Barentje en Gerrit Appelmans op de hoek van de Hoofdsteeg en de Rijstuin een oude maat van eerstgenoemde staan. Die staat te het Volk en Vaderland aan te prijzen.

volkenvaderladcolp

 

Hoe bestaat het, Barend?! gromde Gerrit, zich ergerend. Haast niet om te geloven! Ja.... En Bas speelt de comedie des levens nog niet eens behoorlijk ook, vond Kiedewiet, die kies aan de overzijde van de straat bleef staan. Die Bas Halster was altijd al een brekebeen en een slappeling  geweest, maar het hinderde toch een voormalige werkmaat zo terug te zien, met een gekregen afleggertje aan zijn botten en een hersensverkalking onder z'n pet. Nee voor die vent was Danton tevergeefs gestorven! Bas, om z'n gebrek aan ruggegraat bij twee linkse handen, nergens getapt of aanvaard, nou geslaagd als colporteur met de koortsvisioenen van een behangersleerling!

hoofdsteegoudro

 

In de eerste dagen van Mei 1940 slaan de beide vrienden nogal van dichtbij de gevechten rond de bruggen en de Maasoevers gade, maar ze worden steeds tegengehouden door patrouilles, die ze waarschuwden terug te gaan. Het was veel te gevaarlijk om te dicht bij de strijdenden te komen.

Zo komen ze op de Veemarkt in een pakhuis terecht. Daar vertelde een ooggetuige dat de Marinierskazerne was gebombardeerd. Hier één van de laatste foto's van de Marinierskazerne

marinieropwacht

 

 

Over het bombardement is al veel geschreven en ieder heeft ook nog zijn eigen herinneringen, maar dit wil ik jullie toch niet onthouden. Het is eigenlijk het einde van het boek en zeer ontroerend.

 

Kiedewiet keek naar de oplaaiende branden ringsom om dan met verstikte stem uit te brengen:

Ik had er een vermoeden van.... Die ploerten!.... Neem maar afscheid van je stad Gerrit.... Van jouw.... Van mijn..... Van ons Rotterdam! Het is...... 

De stem van Barentje verzaakte. Hij kon geen woord meer uiten, poogde stamelend: Het is.... Het is....  Gruwelijk!,,,,, Het is.... Mijn God!!

 

 En dan nog de laatste alinea van het eigenlijk verhaal.

Te midden van de vlammenzee en vonkenregen Erasmus. Desiderius Erasmus. Rotterdams grootste zoon, die, geblakerd en gehoond een blad omsloeg om een onuitwisbare aanklacht te griffen tegen het slijm der volken......

grootemarktkleur

 

Na dit einde heeft van Iependaal er nog een hoofdstuk aangeplakt. Een fictieve vergadering van de Groten van Rotterdam. Gijsbert Karel van Hogendorp, Oldenbarnevelt, De Maagd van Holland, met een aanvankelijk aarzeling van Van Hogendorp, en Piet Hein, maar daar had de laatste nog veel meer bezwaar tegen. 

De lering uit dit hoofdstuk is wel, dat bij de opbouw van Rotterdam de eenheid van uit de oorlog al spoedig was verdwenen en er weer verschil gemaakt werd in afkomst, geloof en politiek inzicht. Maar het waren de arbeiders, de puinruimers, de bouwvakkers, zeg maar alle echte, werkende Rotterdammers, die de stad weer gingen opbouwen. En iedereen moest beginnen met het tientje van Lieftink. Nou ja, iedereen......

 

Het is voor een ouwe Rotterdammer heerlijk om in dit boek te lezen. Er zijn weer ideeën naar boven geborreld, waar ik een eigen verhaal kan over beginnen.

En de Maas, de Maas stroomt nog steeds door. Dat zal nooit veranderen. Alleen wat er op vaart en wat er omheen staat en woont. Dat is heel wat veranderd.

maasfotoro

oostrotterdamvanbrug



Klik hier als je terug wilt naar het Gastenboek


Familiewapenklein
wat zijn we trots op ons familiewapen ...., beetje jaloers zeker ....


Terug naar de top





Last update :

5 Juni 2002