Een e-mail sturen naar Aad? Zijn e-mail adres is aad@engelfriet.net
(klik op deze tekst om een voorgeadresseerde mail te openen)
Terug naar  het Engelfrieten overzicht

Naar beneden 

Overspel in Rotterdam AD 1660

De 42-jarige Rotterdamse Maartje Harmens was al 20 jaar ge­trouwd met de Rotterdammer Hendrik en in die tijd hadden zij drie kinderen gekregen en woonden in Rotterdam. Toen haar man in 1660 voor zijn werk een tijd naar het buitenland moest, ont­moette Maartje Harmens de tien jaar jongere Jacob Smits. De twee begonnen een hartstochtelijke verhouding, die misschien nooit was ontdekt als Maartje Harmens niet zwanger was geworden. Maar helaas, tegen de tijd dat haar man terugkwam was haar zwangerschap duidelijk zichtbaar en wist iedereen dat Maartje Harmens vreemd was gegaan.

Vooral vervelend voor haar man zou je denken, maar in de zeventiende eeuw speelden ernstiger za­ken mee dan het gebroken hart van een echtge­noot. Overspel werd namelijk als een ernstig misdrijf gezien, waarvoor men zware straffen kreeg.

schavotrdam

Het Schavot van Rotterdam

Maartje Harmens werd inderdaad opgepakt en vervolgens door de schepenen (rechters) veroordeeld tot een geseling op het schavot van Rotterdam en een verbanning van 50 jaar uit Rotterdam en Holland. Eigenlijk betekende het dat Maartje Harmens haar hele leven niet meer in Rotterdam en Holland mocht komen, want na 50 jaar zou Maartje Harmens 92 zijn geworden en nie­mand werd in die tijd zo oud.

Een 'slippertje' kon dus verstrekkende gevolgen hebben. Voor alle betrokkenen, want voor haar man Hendrik zat er niets anders op dan met Maartje mee te verhuizen of zonder zijn vrouw verder te leven.

Dat laatste ging niet zo gemakkelijk als het klinkt. Bij wie gingen de kinderen wonen en wat gebeurde er als Hendrik een nieuwe vrouw ontmoette? De rechter deed bij overspel nooit een uitspraak over de kinderen, dus dat was een zaak tussen Maartje en Hendrik.

Maar Hendrik kon zeker niet zomaar een nieuwe relatie aanknopen. Hoe onbetrouwbaar zijn vrouw ook was geweest, hij maakte zich even­zeer schuldig aan overspel als hij een verhouding be­gon. Dat zou ook voor hem een veroordeling bete­kenen. Zou een echtscheiding een oplossing zijn?

Hendrik zou inderdaad een echtscheiding kunnen aanvragen. Niet dat het de normaalste zaak van de wereld was, want alleen in zeer ernstige situaties mochten echtparen van elkaar scheiden. Overspel was inderdaad zo'n ernstige situatie en waarschijn­lijk maakte Hendrik een goede kans omdat het overspel van zijn vrouw Maartje Harmens door de rechters was be­wezen. Na een echtscheiding konden zowel Maar­tje als Hendrik hertrouwen, maar voor Maartje waren er wel beperkingen. Maartje Harmens mocht namelijk niet trouwen met haar geliefde. Dat was ook logisch, want anders had ze juist openlijk overspel kunnen plegen, in de hoop dat haar man een echtschei­ding aanvroeg en zij later met haar geliefde kon trouwen.

Waarom vonden de rechters het zo erg dat Maartje overspel had gepleegd? Je zou denken dat overspel een privé-zaak was, die alleen de echtgenoten aan­ging. Niet iets waar de overheid zich mee te be­moeien had.

In de zeventiende eeuw werd dat an­ders gezien omdat er andere normen bestonden over de omgang tussen mannen en vrouwen. Sexu­aliteit was taboe. Eigenlijk waren alle vormen van sexualiteit verboden, tenzij een man en een vrouw met elkaar waren getrouwd.
Alles wat zich buiten het huwelijk afspeelde was per definitie onfatsoen­lijk, of zoals men dat toen noemde onkuis of ontuchtig. Degenen die sexueel contact met elkaar zochten zonder getrouwd of verloofd te zijn, wer­den hoereerders genoemd en maakten zich schuldig aan vleselijke conversatie.

Jongens en meisjes konden dus bestraft worden als zij een nachtje met elkaar gevreeën hadden. Zo werd in 1660 de 15-jarige Annnetje uit Rotterdam gezet omdat zij met ene Jan het bed had gedeeld.

Omdat er zulke strenge sexuele normen bestonden vonden het stadsbestuur en de kerk het heel nor­maal zich met dat soort dingen te bemoeien. Ter­wijl het stadsbestuur zich bezighield met het opsporen van sexuele misdrijven en bestraffen, probeerde de kerk de bevolking te waarschuwen tegen ontuchtige handelingen.
Predikanten letten op alles wat maar enigszins tot ontucht kon leiden. Ze vonden dat fatsoenlijke mensen hooggesloten kleding moesten dragen, niet mochten dansen op bruiloften en dat jongeren elkaar slechts onder toezicht konden ontmoeten.

Toch bestaat er vaak een ander beeld over de 17de eeuw. In films lijkt het vreemd genoeg alsof overspel vroeger heel normaal werd gevonden.

Op films zien we meestal koningen, graven of stadhouders en die werden inderdaad bijna nooit vervolgd. Dat kwam doordat overspel door de vingers werd gezien als er geld werd betaald. De
schout of baljuw was verantwoordelijk voor het opsporen van overspel, maar in plaats van te straffen, mocht hij ook een financiële regeling treffen met de schuldi­gen. Dit liep natuurlijk regelmatig uit de hand, want het geld dat hij van overspelers ontving, was een mooie aanvulling op zijn salaris.
Soms leek zo' n financiële regeling eerder op chantage, want een baljuw kon door misbruik heel veel geld af­dwingen. Hij verdiende vooral veel geld als hij een bordeel binnenviel. De baljuw deed dat samen met een aantal dienaren, waarna de gehuwde man­nen eruit werden gepikt. Die mochten pas weer naar huis als zij hadden betaald.

Betekende dit nu, dat alle rijken zomaar overspel konden plegen? Nee, zo was het dus niet. Rijkeren konden hun overspel wel de eerste keer afkopen, maar een tweede keer werd moeilijker. Daarnaast hielden de rechters ook rekening met de bedrogen echtgenoot.

Zo werd de Rotterdamse Trijntje Jans in 1646 betrapt op overspel met Jan Jemans en hadden zij allebei geld genoeg om hun misdrijf af te kopen. Zij vroe­gen dan ook aan baljuw Mr. Francois Verboon of zij door middel van betaling gratie konden krij­gen. Toch mocht dat pas toen bleek dat Trijntje's echtgenoot bereid was om haar te vergeven en sa­men een nieuw leven op te bouwen.

Het klinkt vreemd, maar ook voor bedrogen echt­genoten was het belangrijk dat de zaak werd afge­kocht. Bij een veroordeling werd algemeen bekend dat iemand een misdrijf had gepleegd en als gevolg daarvan werd de reputatie van het hele gezin aan­getast. En dat was zeer ernstig, want de 17de eeu­wers vonden reputatie en goede naam heel be­langrijk. Iemand kon door een slechte reputatie bij voorbeeld nooit meer aan het werk komen. Daarom wilden bedrogen echtgenoten maar al te graag betalen voor het overspel van hun man of vrouw.

Op een gegeven moment vonden de Staten van Holland dat het maar eens afgelopen moest zijn met die afbetalingen, want het liep uit de hand. Het begon erop te lijken dat iedereen zonder straf overspel kon plegen. Daar­naast vonden ze dat de baljuw zijn taak niet goed uitvoerde: in plaats van overspel tegen te gaan, werd hij er rijk van!

Daarom werd in 1677 het af­kopen van overspel verboden en kreeg de baljuw ook straf als hij zich wèl liet betalen. Toch bleek dit niet te werken: er werden juist minder overspe­lers veroordeeld omdat de baljuw zijn motivatie kwijt was.

Wat had het voor zin om bordelen bin­nen te vallen en mensen op bed te betrappen als er geen geld mee te verdienen viel? Daarom trokken de Staten van Holland het verbod na twee jaar weer in en mochten overspelers hun misdrijf weer afkopen......





Familiewapenklein
wat zijn we trots op ons familiewapen ...., beetje jaloers zeker ....


Terug naar de top





Last update :

1 Juli 2006