Een emiel sturen naar Tom via Aad? Het emiel adres is aad@engelfriet.net
(klik op deze tekst om een voorgeadresseerde mail te openen)
Terug naar  het Engelfrieten overzicht

Naar beneden 

Tom over Marktkooplieden hebben zo hun eigen taal

tommarktkoopman2

Met het verdwijnen van de gulden verdwijnt ook de leus :

Op de markt is je gulden een daalder waard

Geldbiljetten en munten hebben een eigen benaming, ook een echte Rotterdammer zal het e.e.a. bekend in de oren klinken :

  • fl. 1.000,= noemt men een rug of rooie.
  • fl. 100,= noemt men een meijer.
  • fl. 25,= noemt men een geeltje.
  • fl. 10,= noemt men een joet.
  • fl. 2,50 noemt men een knaak.
  • fl. 1,50 noemt men een daalder.
  • fl. 1,= noemt men een piek of scheer
  • fl. 0,25 noemt men een heitje
  • fl. 0,10 noemt men een nikkeltje of blikkie.


  • en wat noemt men een lammetje?

  • juist, een pas geboren schaap


  • De latere eenheden van fl.250,=, fl.50 en fl.5,= werden meestal vernoemd naar de afbeelding, ook het nieuwe briefje van fl.100,= noemde men soms een snip.

    Maar de vraag was dikwijls :

    kent je soms effe ’n meijer wisselen, dan doen ik het straks voor jou, want deze klant wil wat omgerolen hebben en dan mot ze natuurlijk wel bij betalen

    Een echte marktkoopman spuugt altijd op zijn eerste dagontvangst. Hij noemt dat jatmoos en stort het geld in zijn lijzingkist (een andere naam voor een kassa) en geeft het de wens mee van mazzel en brochem. (spreekt voor zich.....)

    Als hij door het slechte weer weinig verkocht, dan was er weinig te lijzen.

    De marktkoopman noemt zijn waar, de handel of het nu om groente en fruit gaat of kousen en sokken, het is en blijft zijn mooie handel.

    De handel wordt zo vroeg mogelijk uitgepakt.
    Het uitpakken doet men op een bled (plank) welke op schragen liggen. Het geheel is voorzien van een bovenzeil en een vaak door de koopman zelf aangebracht achterzeil.
    Bij heel erg slecht weer wil de koopman nog wel eens een voorzeiltje of luifel spannen, zodat de klanten ook redelijk droog en behaaglijk boodschappen kunnen doen.

    Aan het einde van de dag leert men de koopman kennen. Menig laatste pondje spruitjes, of bosje bloemen gaat weg voor weinig.
    De koopman met verse waar wil los (uitverkocht) naar huis.

    Jammer genoeg verdwijnt de ware koopman. Voor een marktkoopman van tegenwoordig valt het niet mee om te kunnen overleven.

    Hoge investeringen voor opslag en vervoer, de hoge gemeente tarieven en de lage marges dwingen menig koopman er mee te stoppen.
    Ook het wegblijven van de jonge consument schept veel problemen. De oudere Rotterdammer blijft de markt nog wel trouw. Vaak gaat men naar de markt vanwege de gezelligheid, het sociale contact of voor dat lekkere harinkie.

    Ik heb me altijd verbaasd over de haringeters.
    Al vroeg in de ochtend kwamen mannen uit de kroeg en onderweg naar huis aten ze dan eerst nog een harinkie.
    Ze namen dan voor moeders ook nog een paar mee want dan had die niets te mopperen.

    De hele dag kwamen mensen een harinkie eten. Tonnetjes vol werd er verkocht en geconsumeerd en iedereen doopte de haring in de schaal met uitjes die niet werd schoongemaakt maar wel werd bijgevuld en wat mij altijd opviel en bij is gebleven, de hele dag hing er maar één handdoek aan de kraam en die kon je ’s-avonds rechtop zetten vanwege de afgeveegde handen en monden......

    Moet je nog haring!!!!!!!

    Geen zoutje an!!!!!!!!!!!!!!

    Zo uit zee, zonder vet!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!

    Je hoorde het de klanten dan zeggen, hij had de beste haring, de lekkerste uitjes en altijd schoon. Heerrrrrrrrrrrrlijk toch.

    Misschien lust ik daarom geen haring.

    marktgedemptebotersloot1900

    De markt op de Gedempte Botersloot in 1900

    Op de hoek de Prinsenkerk, afgebroken voor de (oude) gemeente bibliotheek





    Familiewapenklein
    wat zijn we trots op ons familiewapen ...., beetje jaloers zeker ....


    Terug naar de top





    Last update :

    23 November 2001