Een e-mail sturen naar Aad? Zijn e-mail adres is aad@engelfriet.net
(klik op deze tekst om een voorgeadresseerde mail te openen)
Terug naar  het Engelfrieten overzicht

Naar beneden 

Eijgelsheim, Koning Willem I, Lodewijk Napoleon en Keizer Napoleon Bonaparte I

Onderzoek door: Eric Eijgelsheim ( geb. 's-Gravenhage 22-03-1958 )

Het verhaal gaat over mijn oudouders ( Generatie 6 ): Philippus Jacobus Eijgelsheim ( geboren te Leiden: zondag 20/5/1804 - overleden te Rotterdam: vrijdag 25/10/1872 ) en Gerritje Pfijffer ( geboren te 's Gravenhage: zondag 04/05/1806 - overleden te Rotterdam: zaterdag 24/04/1880 ).


Zij kregen 12 kinderen en 58 kleinkinderen, waarvan Philippus de geboorte van 19 en Gerritje de geboorte van 41 kleinkinderen meemaakte tijdens hun leven. Zij hebben dus een belangrijk aandeel gehad in de uitbreiding van onze naam: Eijgelsheim.

Het was winter 1869, donderdag 9 December. Het had weer de hele nacht gesneeuwd, zoals het de laatste acht dagen ook had gedaan.
Gerritje Pfijffer en Philippus Jacobus Eijgelsheim ( Flip Sr ) moesten, dit keer, op hun oude dag nog verhuizen van de Penssteeg 8-58 naar de Kaarsenmakersgang 6-381 ( 't latere Haagscheveer 18-1 hoog ) in de Rotterdamse wijk nr. 6, aan de Delftschevaart. De Penssteeg was naast de Vleeschhal gelegen.
Eigenaar van het perceel aan het Haagscheveer was, tot zijn overlijden in 1851, Jan ( Johanneszn. ) Rijshouwer, die in 1832 al als eigenaar geregistreerd stond.
In de eerste helft van de negentiende eeuw waren er twee Jan Rijshouwers te Rotterdam bekend, t.w. Jan Johanneszn. en Jan Arienszn.
Deze Jan Johanneszn. Rijshouwer was een grote man, voor die tijd ( 1.69 m. ), een ovaal gezicht, rond voorhoofd, bruine ogen, een grote neus, bruin haar en bruine wenkbrauwen en kon schrijven.
De familie J.(Jan) Johanneszn. Rijshouwer, brander / distilleerder had daar aan 't Haagscheveer, vanaf 1838 tot ca. 1882 het kantoor van de branderij / distilleerderij.

Met het overlijden van Jan Johanneszn. ( geb. 10-01-1797; overleden op 17-10-1851) bleven de panden in eigendom van Rijshouwer & van Vollenhoven, branders. Ook het kantoor aan het Haagscheveer werd aangehouden, welke tot 1873 werd voortgezet door een neef van Jan Johanneszn., t.w. Jan Arienszn. ( geb. 1803 en overleden op 14-12-1872 ).
Dit was een zoon van Arij Pieterszn Rijshouwer ( geb. 03-03-1762 - 1842 ) en Catharijna Cornelisdr. de Hoog ( geb. 22-07-1766 ).
Deze Arij Pieterszn. Rijshouwer was de broer van Johannes Pieterszn. geb. 07-11-1770 en overleden 27-11-1851, de vader van Jan Johanneszn.
Johannes Pieterszn. overleed dus ruim een maand na zijn zoon.

Vooral Jan Johanneszn.'s vierde dochter, Cornelia ( 1833 - 1904 ) had het er zeer moeilijk mee in 1851. Na ruim een maand was ze haar vader en opa verloren en ze was net de schok van het overlijden van haar moeder Johanna van Vollenhoven op 29-06-1850, het jaar ervoor, een beetje te boven.



Van de vele aanwezigen bij de uitvaart hoorde o.a. de Baron W. van de Borgh te Zevenbergen; Majoor Oudemans uit Arnhem; de weduwe van Vollenhoven, Huize Heijdensteijn bij Renkum; Jan ( Janszn. ) Boogaard te Leijden ( vader van zijn latere schoonschoon Johannes Adrianus Boogaard ( geb. 13-06-1823 en gehuwd op 07-07-1853 te Rotterdam met Jan Johanneszn.'s eerste dochter Adriana Johanna Rijshouwer geboren 12-08-1828 ) en ook aanwezig was de weduwe Rijshouwer Knops uit Nieuwkuik, de weduwe van Pieter Rijshouwer ( 1809-1848 ) Anna Pietronella ( Pitronella ) Knops ( 1791-1864 ).

Genoemde Jan Janszn. Boogaard ( geb. 16-09-1790 en overleden op 07-02-1866 ) was gehuwd met Teuntje Elisabeth Rijshouwer ( 1802 - 1858 ), de zus van Jan Johanneszn. Rijshouwer.

Hun zoon, Johannes Adrianus Boogaard ( geboren 13-06-1823 te Rotterdam ) huwde op 7 Juli 1853 met de eerste dochter van Jan Johanneszn. Rijshouwer en Johanna van Vollenhoven ( 1806 - 1850 ) Adriana Johanna Rijshouwer, in feite neef en nicht en kregen vijf kinderen, waaronder: Maria Elisabeth Boogaard ( 23-02-1860 / 24-04-1919 ) en Louis Jacob Cornelis Johan Boogard ( geb. ca. 1863 ) en een tweede zoon! Twee kinderen zijn op jeugdige leeftijd overleden.

Johannes Adrianus Boogaard werd op 13 Juni 1823 te Rotterdam geboren en was het enige kind uit het huwelijk van Jan Boogaard, doctor in de geneeskunde, en van Teuntje Elizabeth ( of: Elisabeth ) Rijshouwer.

Gerritje Pfijffer en Philippus Jacobus Eijgelsheim ( Flip ) verhuisden dus naar de Kaarsenmakersgang 6-381 ( het latere Haagscheveer 18 ).
Als het lot wilde dat je in een van de krotwoningen, in één van 'de gangen ' huisde ( wat het pand van eigenaar en distilleerderij Rijshouwer niet was, maar in de meeste ''gangen" waren 't wel krotwoningen ) , dan bestond je voor de buitenwereld nauwelijks.

In de adresboeken stonden de gangbewoners niet vermeld, of je moest toevallig een winkeltje of waterstokerij of iets dergelijks drijven.
Wij nemen aan, dat Jan Arienszn. Rijshouwer, vanwege het aanzien van brander ( distilleerder ) en nu ook huisbaas van Eijgelsheim de registratie van zijn huurders wel heeft geëist, want Flip Eijgelsheim stond in 1869 en 1870 bij de Gemeente wel geregistreerd aan de Kaarsenmakersgang.

In 1853 / 1854 werd een firma Rijshouwer & van Vollenhoven opgericht, waarin genoemde neef, Jan Arienszn. deelnam tezamen met L.J. van Vollenhoven t.b.v. enig onroerendgoed en de branderij / distilleerderij.
Vanaf ca. 1852 woonde Jan Arienszn. bijna tien jaar lang aan de Goudschensingel 13-1001d en vanaf 1863 tot 1872 ( het jaar van zijn overlijden ) aan de Schiekade 14-401.

De erven van hem, waaronder een zoon Jan Janszn. ( geb. 13-11-1860 en overleden in 1919 ). woonden vanaf 1873 tot 1894 op Schiekade nr. 114. en behielden het pand aan 't Haagscheveer 17 tot ca. 1882 als kantoor.

Tussendoor, in 1862, woonde Jan Arienszn. ( o.a. de opvolger van de activiteiten van de branderij Rijshouwer ) een jaartje aan de Schiedams. Hoog. Zeed., zo registreert het Gemeentearchief Rotterdam, ( waarschijnlijk Schielands Hooge Zeedijk ) 15.663a, waar ook de Hoogstraat en de Korte Hoogstraat deel van uitmaakte, die in Gouda begint en tot Schiedam doorloopt.

De grondlegger van de branderij / distilleerderij Rijshouwer, genoemde Jan Johanneszn. Rijshouwer is geboren in Zegwaard ( nu een deel van Zoetermeer ) en komt uit een molenaarsfamilie. Ook in Rotterdam hadden de Rijshouwers een aantal molens in ( deel ) bezit.

Zijn grootvader, Pieter Arienszn ( geb. 11-04-1728; gedoopt 11-01-1728 en overleden na 1790 ) was molenaar in Goidschalxoord ( Heinenoord ) en kwam uit een gezin met 12 kinderen. Op 10-06-1759 trouwde hij met Teuntje Ariensd de Jong ( 18-08-1726 / overleden na 1790 ). Pieter Arienszn en Teuntje Ariensd. kregen 6 kinderen.

Eén er van was Johannes Pieterzn., de vader van Jan Johanneszn. Rijshouwer, geboren op 07-11-1770 en overleden op 27-11-1851.
Johannes Pieterszn. trouwde op 10-05-1795 met Adriana Jansd. van der Sijde ( Zijde of Seijden ), geboren op 04-09-1767 en overleden op 20-04-1841 te Rotterdam.
Ze kregen 8 kinderen, waaronder de Jan Johanneszn. Rijshouwer, Teuntje Elisabeth Johannesd. ( 07-03-1802 / 11-08-1858, gehuwd met Jan Janzn. Boogaart op 07-07-1853 ) en Pieter Rijshouwer ( 1809 - 1848 ), gehuwd met Anna Pietronella ( Pitronella ) Knops ( 1791-1864 ), woonachtig te Nieuwkuik.

Adriana Jansd. van der Sijde had vier broers en vier zussen. Eén er van was Geertruij Jansd. van der Sijden ( geb. 07-09-1756 en overleden op 29-09-1842 ).
Zij huwde op 1 Juni 1777 te Heineoord met Johannes Corneliszn. Boogaard ( geb. 1751 en overleden op 13-07-1799 ) en kregen tien kinderen, waaronder Jan Janszn. Boogaard ( geb. 16-09-1790 en overleden op 07-02-1866 ) gehuwd op 7 Augustus 1822 te Rotterdam met de eerder genoemde Teuntje Elisabeth Johannesd. Rijshouwer ( geb. 07-03-1802 en overleden op 11-08-1858 ), zus van Jan Johanneszn. Rijshouwer.

Jan Johanneszn. Rijshouwer's overgrootvader, Arie Corneliszn. ( 11-01-1699 / overleden na 1762 in Goidschalxoord ) huwde op 13-08-1719 met Antonette Hendricksd. Hertgoedt ( 05-04-1699 en eveneens overleden te Goidschalxoord ) en kregen 13 kinderen.

De ouders van deze Arie Corneliszn. waren Cornelis Leendertszn. ( 19-03-1672 / 22-02-1719, zoon van Leendert Corneliszn Rijshouwer ) getrouwd met Barbara Ariensd. Houtin ( geboren in 1670 ) op 08-11-1694.

Het nieuw te bewonen pand door Gerritje en Flip Sr. Eijgelsheim ( mijn oud-ouders ) aan de Kaarsenmakersgang / 't Haagscheveer lag boven een winkelruimte, nu - in 1869 - kantoorruimte van Jan Arienszn. Rijshouwer.

In 1832, had Jan Johanneszn. Rijshouwer nummer 18 in gebruik als huis en pakhuis. Nu hadden de Rijshouwers op nummer 17 ( in 1869 als nummer 379 geregistreerd ) tot ca. 1882, hun kantoor, toen vond de familie en opvolgers 't daar na bijna 50 jaar als brander / distilleerder wel welletjes en verhuisde het kantoor naar de Schiekade 114, waar de familie van Jan Arienszn. Rijshouwer vanaf 1873 woonde.

Het Gemeentearchief te Rotterdam registreert o.a. de volgende notariële aktes:
De " Jan Johanneszn. Rijshouwer zijn zus', Teuntje Elisabeth Rijshouwer en zijn broer, Pieter Rijshouwer ( 1809 - 1848 ) - de nog drie in leven zijnde kinderen van acht - verkrijgen op 26 Februari 1844 een vierde gedeelte van de nalatenschap, waaronder een aantal panden uit erfenis van hun moeder , Adriana van der Sijde ( Seijden / Sijde ), geboren 04-09-1767 en overleden op 20-04-1841, sinds 10-05-1795 echtgenote van korenwijnbrander Johannes Pieterszoon Rijshouwer ( geboren op 07-11-1770 en overleden 27-11-1851 ). Notaris was ene Reinier Borderwijk. Gemachtigde voor Pieter Rijshouwer was Kornelis Boogaard, Burgemeester van en Notaris te Oud-Beijerland.
Johannes Pieterszn. Rijshouwer woonde in het jaar 1844 aan het Slagveld, wijk R, Nummer 167 te Rotterdam.

Johannes Pieterszn. had eerder in 1829 al drie huizen verkregen van de erfgenamen van ene Franciscus Marinus Netscher; een huis aan de Stadssingel buiten de Goudsche Poort en twee huizen met loods, tuin en plaats aan de Stadssingel NZ, buiten de afgebroken Goudsche Poort wijk O, 55.
Franciscus Marinus Netscher, koopman, en zijn vrouw Elisabeth van der Gon hadden enorme schulden, waaronder zelfs bij hun familie o.a. bij Margaretha Catharina Netscher, voor een bedrag van 3200 gulden, met als onderpand de drie huizen.
Hun schuld, ook met de huizen als onderpand, aan Johannes Rijshouwer was echter vele malen groter.

Met het overlijden van Netscher is bij ene notaris Woutherus de Prill het transport gepasseerd voor de overdracht.
Jan Johanneszn. Rijshouwer had nog een ( jongere ) zus: Teuntje Elisabeth Johannesd. geboren op 07-03-1802 en overleden op 11-08-1858.
Teuntje Elisabeth Rijshouwer was ( hier in 1844 ) gehuwd met Jan ( Janszn. ) Boogaard, Medicinae Doctor, beide woonachtig aan de Leuvehaven wijk G, nummer 303 ( zie eerdere vermelding over Jan Janszn. Boogaard en zijn zoon Dr. Johannes Adrianus Boogaard ).

Over deze zoon, Pieter Marinus Netscher ( geboren vrijdag 04-06-1824 - overleden op maandag 12 Januari 1903 ) van genoemde Netscher zijn talloze boeken geschreven.
Het werd een van Jan Rijshouwer's vooraanstaande vrienden.

Jan Arienszn. Rijshouwer had het 3-verdiepingen tellend pand aan 't Haagscheveer 17 - 18, waar Gerritje en Flip kwamen te wonen, voor de verhuur aan particulieren opgesplitst.
De '' Kaarsenmakersgang '' in gelopen, bevond de deur naar de eerste verdieping zich, zoals gezegd, om de hoek aan de achterzijde ( 'n achterom ).
Twee jaar later werd dit adres bij het Haagscheveer 18 getrokken en ontstond er voor hetzelfde pand nummer 16; 17, 18 en 18 I-hoog.
Flip en Gerritje hadden daar één woonruimte gehuurd. Er was een prachtig uitzicht vanuit deze verdieping aan de voorzijde, over de drukke Delftschevaart en 't Haagscheveer, zodat je uren achter het raam kon zitten mijmeren zonder je te vervelen.

Rijshouwer was geen man zoals alle anderen met een boordjesberoep of huizenbezitters, die maar wat braniede met een dikke sigaar in het hoofd en een maatpak aan.
Jan Arienszn. Rijshouwer kwam uit een hard werkende familie. Veel van het geslacht Rijshouwer waren immers molenaar geweest, zoals zijn grootvader, Pieter Ariensz. ( geb. 11-04-1728 en ov. na 1790 in Goidschalxoord. )
" Hoe kwamen de Rijshouwer's in contact met de van Vollenhoven's " had Gerritje ooit eens gevraagd aan Flip ( Philippus Jacobus ) Sr. Eijgelsheim, die dat kennelijk wist van Jan Arienszn., die zojuist is vertrokken, toen zij de huur hadden besproken.
Mijn neef, had Jan Arienszn. verteld, Jan Johanneszn. Rijshouwer had vooraanstaande vrienden, waar hij mee afsprak in de Societeit de Harmonie ' bij de Doele, hier achter het Haagscheveer.
Eén er van was Jacob van Vollenhoven ( geb. 26-10-1788 / ov. 19-01-1855 ), die mijn neef al van voor 1812 kende, toen hij pas vijftien jaar oud was. Hij was op het huwelijk van deze Jacob op 9 December 1812 aanwezig.
Een andere van Vollenhoven was diens neef Cornelis Corneliszn. van Vollenhoven ( geb. 13-12-1783 en ov. 19-04-1844 ).

Deze laatste werd, in 1827, de schoonvader van mijn neef.

Hij huwde namelijk op 01-08-1827 met Johanna van Vollenhoven ( geb. 15-02-1806 / ov. 29-06-1850 ), één van de drie dochters van deze Cornelis Corneliszn. van Vollenhoven en Maria Elisabeth Jacobsd. Havelaar ( geb. 18-07-1784 en overleden op 23-09-1862 ), die ook drie zonen kregen.
Johanna van Vollenhoven's grootvader was Cornelis Janszn. van Vollenhoven, zoon van Jan Corneliszn. van Vollenhoven, die geboren is op 16 Okt. 1723 in Rotterdam, overleden 1770 in Rotterdam en begraven op 18 Juli 1770 in de Grote Kerk te Rotterdam en Maria van der Hoeven, geboren 1730 in Rotterdam, gedoopt 8 Mei 1730 in Rotterdam, met wie hij op 6 Juli 1752 in Rotterdam in ondertrouw ging
( gehuwd: 1752 ) overleden 7 Dec. 1798 in Rotterdam en op 11 Dec. 1798 in de Grote Kerk te Rotterdam is begraven.

Cornelis Janszn.van Vollenhoven werd geboren in 1753 te Rotterdam, gedoopt op 16 september 1753 te Rotterdam en overleed op 12 Dec. 1835 te Rotterdam.
Hij kwam, evenals zijn broer Francois Janszn. van Vollenhoven ( 27-07-1756 / 22-07-1842: de vader van de eerder genoemde Jacob van Volenhoven ) direct na de omwenteling van 1795 op de voorgrond en maakt in 1796 deel uit van de Commissie, welke een ontwerpregeringsreglement opstelt, terwijl hij in Augustus 1797 voor de Kiesvergadering tot lid voor de Tweede Nationale vergadering werd gekozen.
Van 1798-1803 was hij lid van de Gemeenteraad en in de daarop volgende periode kreeg hij in zijn functie van onder-voorzitter en voorzitter van de Rotterdamse Kamer van Koophandel ruimschoots gelegenheid de opeenvolgende souvereinen van ons land toe te spreken.
In 1806 werd door hem in een toespraak in de beurs Lodewijk Napoleon als '' vader des vaderlands '' begroet en hem toegezegd, dat de heren met de hunnen liederen te zijner ere zouden zingen.


In Oktober 1811 hoopte van Vollenhoven en zijn toespraak tot Keizer Napoleon I, dat men ' hoogstdezelven van zijn troon als vader van het groote huisgezin, met eene weldoende hand, de voordeelen van den vrede en welvaart zal zien uitdeelen over alle aan zijn scepter onderdanige volken. ''
De toespraak werd in het Schielandshuis ( het latere Museum Boymans en het huidige Historisch Museum Rotterdam, welke er sinds 1665 nog altijd staat aan de Korte Hoogstraat 31 ) gehouden.


Ook de burgemeester ( Maire ) Suermondt, van Rotterdam spreekt de Keizer op 25 Oktober 1811 toe bij zijn intrede in de stad.
De Franse commissaris-generaal van politie te Rotterdam De Marivault oordeelde, dat van Vollenhoven '' a exposé avec modestie at avec une reserve convenable ses desires et ses voeux ''.
Een groot feest in de nieuwe Doelezaal besluit 's avonds het keizerlijke bezoek.

Bij het bezoek op 9 december 1813 van de souvereine vorst Willem I aan Rotterdam verklaarde van Vollenhoven, dat nimmer '' ooit een uitvoerige of opgecierde aanspraak minder te pas ( kon ) komen, dan in deeze opmerkelijke tijdsomstandigheden: deze vorderen de taal van het hart. ''.


Reeds toen was van Vollenhoven in zijn geboorteplaats een zeer vooraanstaand man. Bij de omwenteling was hij op 19 november 1813 als raad in het nieuwe stadsbestuur benoemd, terwijl Willem I bij zijn bovengemelde bezoek aan Rotterdam na afloop van het hem van stadswege aangeboden feestmaal nog zakelijk met hem, als voorzitter van de Kamer van Koophandel, sprak over handelsaangelegenheden, met name over de teruggave der kolonieën, waarbij voor Rotterdam die in Zuid-Amerika golden als '' nos meilleures colonies ''. In 1814 was hij lid van de Vergadering van Notabelen ter beoordeling van de Grondwet. Hij was voorts vroedschap ( 1814-1816 ), burgemeester ( 1820-1824 ) en wethouder ( 1824-1832 ) van Rotterdam en lid der Staten van Holland. Hij trouwde op 9 Mei 1773 te Rotterdam met Johanna Salomonsd. Bosch, geboren 25 maart 1754 te Rotterdam, gedoopt op 7 April 1754 te Rotterdam en aldaar overleden op 31 oktober 1835.


Jan Johanneszn. en Johanna kregen elf kinderen, waarvan 8 dochters. Twee er van: Maria Elizabeth, geboren 21-12-1829 te Rotterdam ( overleden ca. 1878 ) en Cornelia, geboren donderdag 18-04-1833 te Rotterdam ( overleden donderdag 25-08-1904 in Bonn ) trouwden weer met een zoon van Jacob van Vollenhoven.


Men neef, genoemde Jan Johanneszn. Rijshouwer, ging Jan Arienszn. verder, kende Johanna al van kinds af aan. Johanna was toen nog geen zes jaar oud.

Twee van de genoemde dochters huwde dus met een zoon van Jacob van Vollenhoven: Maria Elizabeth Rijshouwer huwde op 15-03-1865 met Willem Jan van Vollenhoven, geboren in 1822 en overleden in 1865 en Cornelia Rijshouwer huwde ( akte jaar 1857; nummer c0008) op woensdag 20-05-1857 met Pieter van Vollenhoven, geboren op 29-12-1828 ( akte jaar 1828 nummer b193 ) te Rotterdam ( overleden op 01-04-1896 ).

Deze Pieter van Vollenhoven was de latere President van de ''arrondisements regtbank'':, die Jan Johanneszn. Rijshouwer vanaf 1847 kende toen beide in dat jaar aan de Goudschensingel woonde. Van Vollenhoven was toen pas negentien jaar en woonde op nummer 13-955, Rijshouwer op 13-1001d.
En deze Pieter was een dusdanig ambitieus man die op zijn negenentwintigste al regter was.
Ook na de verhuizing van Pieter van Vollenhoven, in 1851 van de Goudschensingel 13-955 - in het jaar dat zowel Jan Johanneszn. en diens vader Johannes Pieterszn. Rijshouwer overleden - naar het Westnieuwland 4-94, waar hij tot ca. 1870 - 1875 heeft gewoond ( en na 1875 op nummer 28 ), bleven zij elkaar zien.
Dit was twee jaar voordat het Beursstation bij Westnieuwland in gebruik werd genomen. In 1993 werd dit station gesloopt.

Pieter van Vollenhoven en Cornelia Rijshouwer kregen zes kinderen, waarvan drie zonen.
De middelste van de drie zonen, Willem Jan van Vollenhoven ( geb. 19-12-1862 - ov. 16-01-1920 ) huwde op 11-02-1897 met Auguste Philippine Buck ( geb. 12-07-1869 en overleden op 28-04-1948 ) en zijn de grootouders van Mr. Pieter van Vollenhoven, geboren 30 april 1939 te Schiedam en gehuwd op 10-01-1967 te 's-Gravenhage met Margriet Francisca, prinses van Oranje Nassau, prinses van Lippe-Biesterfeld ( geboren op 19-01-1943 te Ottawa, Canada ).

De relatie tussen Eijgelsheim en Napoleon Bonaparte I en Koning Willem I is de volgende:

Zoals we hebben kunnen lezen was Jan Johanneszn. Rijhouwer tot zijn overlijden in 1851 eigenaar van o.a. het Haagscheveer 17 ( en 18 + 19 ( waar Eijgelsheim woonden van 1869 - 1901 )
Jan Johanneszn. Rijshouwer trouwde in 1827 Johanna van Vollenhoven ( 1806 - 1850 ).
Haar grootvader was Cornelis Janszn. van Vollenhoven ( 1753 - 1835 ), die zowel Lodewijk Napoleon, diens broer Keizer Napoleon Bonaparte I en Koning Willem I heeft toegesproken in respectievelijk 1806, 1811 en in 1813.
Na het overlijden van de huiseigenaar, in 1851, van het Haagscheveer; Jan Johanneszn. Rijshouwer werd diens neef, Jan Arienszn. Rijhouwer in 1869 de huisbaas van Gerritje Pfijffer en Philippus Johannes Eijgelsheim aan het Haagscheveer 18 te Rotterdam.






Klik hier als je meer info zoekt over iets wat Eric noemt over een straat of een naam:
ga naar Aad's Freefind search engine, vul in het venster jouw woord in,
bijvoorbeeld Eijgelsheim (of iets anders) en klik op ENTER





Klik hier voor de overige verhalen van Eric Eijgelsheim op onze site





Familiewapenklein
wat zijn we trots op ons familiewapen ...., beetje jaloers zeker ....


Terug naar de top





Last update :

1 Mei 2008