Een e-mail sturen naar Aad? Zijn e-mail adres is aad@engelfriet.net
(klik op deze tekst om een voorgeadresseerde mail te openen)
Terug naar  het Gastenboek

Naar beneden 

Gerard Martens vertelt weer een prachtig verhaal  ....

Pietje Bell en Kruimeltje. 

Twee favoriete boeken uit mijn prille jeugd over twee echte Rotterdamse jongetjes. Allebei deugnieten, maar uit verschillende milieus. Kwam Pietje uit een gewoon gezin, Kruimeltje behoorde tot de schoffies, zoals dat soort jongens genoemd werd, louter en alleen, omdat armoe en slechte omstandigheden, ze dwong om dingen te doen, die volgens de mensen niet door de beugel konden en de politie stond voorop om deze jongens dwars- en achterna te zitten. 

De beginregels van het boek zeggen het kernachtig en op zijn Rotterdams. D'r uit of ik trap je d'r uit!

bakker


De omslag van de eerste uitgave in 1923 geeft Kruimeltje weer zoals wij hem gekend zouden hebben en vooral het petje was karakteristiek. Beter als die jongen met zijn lange, maar vlotte haren. 

Kijk ook eens naar de actieve agent!Toen was er geen blauw, maar koperen knopen op straat en ze konden hard lopen of hard fietsen. 

kruimeltje

Pietje Bell was een heel andere kwajongen.

pietje bel


Die haalde zijn kattekwaad uit omdat dat in hem zat. Wij herkenden osnzelf in die figuur. Kattekwaad haalden we allemaal uit en daarom was Pietje Bell onze favoriet. Werd Pietje, wij, betrapt of bij zijn lurven gepakt, dan werd er niet geklaagd. Ook al werd er wel eens aan de oren getrokken of werd er wel eens een klap uitgedeeld, dan werd er geen (recht)zaak van gemaakt. Tenminste als hij, of wij, het verdiende. Kattekwaad werd uitgehaald met alle consekwenties van dien. Het kattekwaad, dat Pietje uithaalde is genoegzaam bekend. Niet? Nou, dan de boeken maar lezen.

De dingen, die wij uithaalden gingen meestal in groepsverband en dat het wel eens mis kon lopen getuige dit verhaal. Als het een beetje schemerig werd, dan spanden we een draad garen, liefst zwart, tussen een boom of lantaarnpaal en een deur of muur. In die tijd werden er door de mannen veel hoeden gedragen en als er dan ééntje nietsvermoedend langs kmam, hup, daar ging de hoed.

Dat deden wij ook een keer in de Benthuizerstraat, tegenover Valentijn, de Poppendokter. Ik geloof, dat er een soort beddenzaak gevestigd was.

Alles klaar en wij in afwachting en wie kwam daar aan! Mijn broer Toon. Met zijn pasgekochte, nieuwe hoed op het hoofd. Ik zag de bui al hangen. Want ik wist ook, dat Toon een gloeiende hekel had aan het dragen van een hoed. Maar ja, hij was verloofd en zijn verloofde had zo graag, dat hij een hoed droeg.

Ik was al weg, toen de hoed van zijn hoofd ging, maar inplaats van die hoed op te rapen, ging hij achter de andere jongens aan en kreeg er twee te pakken. Nou, die hebben even voor twee stuivers gekregen. Ze hadden echter lol voor hun bijdrage gehad.

Thuisgekomen zei Toon tegen mij, je heb geluk, da'k van de dierebescherming ben rotaap. Het goede voor hem was, dat hij nooit meer een hoed droeg.

Terug naar Pietje Bell, Kruimeltje en hun schrijver. Deze boeken werden, net zoals vele anderen geschreven door Chris van Abkoude, die bij de jeugd heel populair was. Hier is nog een foto van hem, toen hij nog met de poppenkast door het land trok.

poppenkastabc

Op de site van Kruimeltje las ik ook nog, dar er vergevorderde plannen zijn om een film van Pietje Bell te maken. De casting, om een goed Hollands woord te gebruiken, is al vanaf Februari bezig. Zo zie je, mijn jeugdfavorieten, zijn nog altijd in de belangstelling en de boeken zijn nog steeds te koop bij Uitgeverij Kluitman in Alkmaar.

Pietje Bell en Kruimeltje. Het lijkt wel of ze echt bestaan hebben.



Klik hier als je terug wilt naar het Gastenboek


Familiewapenklein
wat zijn we trots op ons familiewapen ...., beetje jaloers zeker ....


Terug naar de top





Last update :

14 Oktober 2001