Een e-mail sturen naar Aad? Zijn e-mail adres is aad@engelfriet.net
(klik op deze tekst om een voorgeadresseerde mail te openen)
Terug naar  het Gastenboek

Naar beneden 

Gerard Martens' verhaal over......

Een Displaced Person  

Vertaald is dat ontheemd, en ontheemd betekent volgens het woordenboek, van huis en haard verdreven of gevlucht. 

Na het kriebelige verhaal van ons verblijf in het Displaced Persons camp, moet ik even verduidelijken, dat we meer in de buurt van Marl waren gestationeerd, dan bij Dorsten.Misschien geeft dit kaartje een beter overzicht. 

lippramsdorf kaart

Veel wil ik niet over dit kamp vertellen. We brachten onze dagen door met nietsdoen en als het kon, overdag slapen. Sommige van ons, waaronder ikzelf, gingen 's avonds en tot diep in de nacht bij de Amerikaanse wachtpost zitten en dan verzamelden we wel sigaretten. Al rookte ik niet, ik deed dat ook. Later heb ik voor mijn sigaretten een mooi paar  legerschoenen kunnen ruilen. Afijn, ik wil dit kamp maar zo snel mogelijk verlaten en gelukkig, na korte tijd deden we het dan ook. 

Op een heel goede dag werden we weer op legerwagens geladen en gingen we weer een ritje in het ongewisse maken. Het was in ieder geval weer verder van huis in de richting van Haltern, vlak onder het plaatsje Lippramsdorf, maar ik meen nog steeds, dat we bij het dorpje Applerbeck terecht kwamen. Het nieuwe kamp was een oud kamp van het Duitse afweergeschut en in ieder geval lag het vlakbij een spoorlijn, die door Applerbeck liep.

We kregen een schone kamer toegewezen, waar slechts twee stapelbedden stonden en we kregen genoeg brood. Het beleg kwam uit de blikjes, die ook de Amerikanen op hun tochten bij zich hadden.

Kortom het leven leek goed. Maar we wilden naar huis en daartoe gingen we vaak naar Marl. Dan belden we aan bij een Duitse familie en vroegen heel beleefd of we naar het nieuws op de radio mochten luisteren. Dat werd altijd toegestaan en we kregen daardoor een vast adres, zodat we op de hoogte bleven, wat er in ons land en vooral in het Westen gebeurde. 

Toch was het niet zo vredig als het leek, want er kwamen moeilijkheden met ex-Russische dwangarbeiders, die op rooftocht gingen en alles wat Duits was of leek, was een doelwit voor hen. Begrijpelijk, als je wist wat deze mensen meegemaakt hadden, aan de andere kant werd het toch gevaarlijk om zomaar rond te lopen. Ik weet niet hoe of hij eraan kwam, maar Nol had wat veldmutsen versierd en daarop werden rood-wit -blauwe emblemen genaaid, zodat iedereen kon zien, dat wij Hollanders waren en dat was niet zo'n gek idee. 

Erger werd het toen de Russen, bij hun nachtelijke rooftocht op boerderijen, een Amerikaanse soldaat neerschoten. Dat gaf spanningen en verscherpte maatregelen van de Amerikanen. Het was zelfs zo, dat Nol en ik, op een goeie dag gevraagd werden om op een boerderij te komen slapen. Een zekere van den Berg, uit het Zwaanshals in Rotterdam was al zover en adviseerde ons het ook maar te doen. De Russen zouden wegblijven als ze wisten, dat er Hollanders op de boerderijen sliepen. Het leek een risico, maar we deden het en sliepen sinds 11 november '44 weer in een echt bed. En inderdaad, we hebben geen enkele keer last gehad met nachtelijke bezoekers. We sliepen dus op de boerderij van Frau Hartmann en haar twee dochters. De namen weet ik niet meer, maar ze waren zeer vriendelijk, en blij dat wij bescherming gingen bieden. 

Zo rolde het leven verder. Overdag waren we in het kamp of struinden de omgeving af en 's avonds gingen we op de boerderij slapen. Eén gebeurtenis wil ik nog even aanhalen. Ik verrekte op zekere dag van de kiespijn en een watje met Eau de Cologne, oftewel Kölnisch Wasser hielp van geen kanten. De oudste dochter van de boerin had eveneens vreselijke kiespijn, maar durfde niet naar de tandarts in Haltern, omdat ze dan door een bos moest fietsen, waar regelmatig Russen zaten, die de fietsen afnamen.

Er was nog een herenfiets van haar verloofde, die natuurlijk in dienst was, en ze vroeg mij, of ik mee durfde gaan, zodat de Russen ons misschien met rust zouden laten. Nou ik had zoveel pijn, dat ik direct ja zei, en zo gingen we de volgende dag samen op de fiets naar Haltern.

In het bos zat inderdaad een groep Russen langs de weg, maar ze begroetten ons als waren we de grootste vrienden en we bereikten ongehinderd Haltern. Wat die driekleur op mijn mutsje al niet te weeg bracht. Mijn en haar kies werd getrokken en op de terugweg moesten de Russen hartelijk lachen, toen wij langs kwamen met een zakdoek voor onze monden gedrukt.

Op de boerderij stond een bord pap voor ons klaar en zo gingen de volgende dagen weer voorbij, totdat we eindelijk het sein kregen, dat we gingen vertrekken en ons klaar moesten houden voor het vertrek naar Holland.

In tussen hadden de Duitsers al gecapituleerd, maar we waren erg geschrokken, toen we bericht hoorden, dat er toch nog op onschuldige burgers geschoten was. Een beetje ongerust wachtten we dus de volgende dagen af.



Klik hier als je terug wilt naar het Gastenboek


Familiewapenklein
wat zijn we trots op ons familiewapen ...., beetje jaloers zeker ....


Terug naar de top





Last update :

23 Augustus 2001