Een e-mail sturen naar Aad? Zijn e-mail adres is aad@engelfriet.net
(klik op deze tekst om een voorgeadresseerde mail te openen)
Terug naar  het Gastenboek

Naar beneden 

Gerard Martens vertelt weer een prachtig verhaal  ....

Goedkope Bananen 

 

Om bananen te kopen was er niet altijd genoeg geld en bij mij thuis was dat ook vaak het geval. Bij de groenteboer werden wel de dagelijkse groenten en aardappelen gekocht, maar wat het fruit betreft was toch de markt de aangewezen plaats. 

goudsesingweekm

De wekelijkse markt was in mijn jeugd op de Goudse Singel en wel op Zaterdag. In die tijd was het sluitingsuur van de markt pas 's avonds om tien uur. Trouwens, ook de winkels waren tot tien uur open. 

Als je nu even de volgende foto bekijkt, dan zie je het eind van de Jonker Fransstraat en links op de hoek Rutecks cafetaria. Maar voordat Ruteck daar kwam was op die betreffende hoek de lunchroom van Heck. 

jonkerfransstraatrutecks

 

Zaterdagavond was meestal de tijd, dat mijn ouders naar de markt gingen en Gerardje mocht (moest) mee. Meestal was het zo dat het heel lang nog licht was.en op die mooie avonden gingen mijn ouders wat gebruiken bij Heck. Tenminste als er geld was. 

Je begrijpt deze uitgaven, moesten ergens gecompenseerd worden en daar kwam ik in het beeld. Ik kreeg toestemming om even naar de markt te gaan, maar dicht bij blijven, werd er bij gezegd. Dat dicht bij blijven bestond daarin, dat ik niet verder kwam dan de Bananenkoopman. Deze koopman was een joodse standwerker, die trachtte met veel woorden en gebaren zijn fruit aan de man te brengen. 

Ik zorgde, dat ik vooraan in de kring kwam te staan, want hij had altijd veel bekijks. Het kopen was wat minder en dat liet hij dan duidelijk merken. 

Zijn manier van werken was ongeveer zo.Hij nam een flinke tros banen, die hij eerst aanprees en dan begon het. Wie geeft er vijftien cent, veertien, ik zal het goed met jullie maken, geef een duppie. Niemand een duppie.? Dan volgde er een lichte verwensing. En dan, jullie zien me zeker voor gek an, nou dat bennik ook. Negen acht zeven niemand? Nee? Nouw dan vreet ik ze vanavond zellef op. Maar dan riep iemand Een stuiver! Verkocht! En de volgende tros werd vertoond. 

Hoe meer het nou naar tienen liep des te trager ging de verkoop. Zo te horen was ie pisnijdig maar geloof me maar hij had die dag al genoeg verdiend. Ik stond ondertussen met een zielig gezichie tussen de mensen in en op een goed ogenblik begon hij weer. Wie maak me los? Tien cent. Negen, acht zeven zes een stuiver nog niemand. Nee? Zogenaamd ongelovig keek hij dan de kring rond, maar hij wist wel beter. Ze stonden gewoon te wachten, dat hij nog lager ging. Maar soms hadden ze dan een strop. Hij riep nog een keer Niemand? Nee? Dan geef ik ze net zo lief weg. Hier jochie, die zijn voor jouw. En daar stond ik met een tros bananen voor noppes. Als een hazewind holde ik dan naar Heck en daar zaten dan een paar glunderende ouders. 

Het was natuurlijk niet altijd kermis en ik kwam ook wel eens zonder bananen terug, maar een paar maal is het me toch gelukt. Ik had schijnbaar een armoedig gezichie. 

 

Een andere manier om goedkope bananen te krijgen was om naar de haven te gaan, waar de bananenboten gelost werden. Omdat dat nog met de hand gebeurde, kwamen er bij het lossen nog wel eens bananen in het water terecht. De kunst was dan om de nog heel groene bananen uit het water te vissen. Dat moest heel voorzichtig gaan, wat als je in het water viel was het leed niet te overzien. 

bananenbootrijnhaven

De bananenboten aan de Rijnhaven

De bananen, die we dan bij elkaar gevist hadden, werden onder elkaar en eerlijk verdeeld. Thuisgekomen konden we de bananen natuurlijk nog niet eten. Ze moesten nog rijp worden en om dat te laten gebeuren werden ze onder de matras van mijn bed verstopt. Daarna was het wachten tot ze een beetje geel waren. Als ik dan geluk had en mijn andere broers of zussen kwamen er niet achter, dat er bananen onder mijn matras lagen, kon ik ze tegen een redelijke beloning aan mijn moeder geven. Maar het gebeurde vaak, dat er geen of maar een enkele banaan meer te vinden was. Hoewel de banen nog niet rijp waren, ze waren verdwenen. En de dief lag op het kerkhof. Mijn moeder zei dan altijd, ik hoop, dat hij of zij een flinke buikpijn krijgt. 

Eén keer is dat gebeurd. Mijn broer Aad kreeg een flinke pijn in zijn buik en hij kreeg ook nog een paar fikse oorvijgen toe. Maar ik was mijn bananen, die ik zo moeilijk verkregen had kwijt en ik had helemaal geen greintje medelijden met mijn broer, die stond te krimpen van de pijn.

Lekker, zei ik dan en ik bedoelde niet die bananen.



Klik hier als je terug wilt naar het Gastenboek


Familiewapenklein
wat zijn we trots op ons familiewapen ...., beetje jaloers zeker ....


Terug naar de top





Last update :

24 Mei 2002