(klik op deze tekst om een voorgeadresseerde mail te openen) |
Terug naar het Engelfrieten overzicht |
---|
Naar beneden |
---|
Een zeer gewaardeerde bijdrage van Gerrie van der Laan
Heb je een vraag of opmerking voor Gerrie van der Laan, stuur dan Aad, de webmaster, een email: aad@engelfriet.net
Op onze site kun je meer vinden over de in dit verhaal genoemde namen en aspekten, gebruik daarvoor onze zoekmachine:
Klik hier als je wilt zoeken via Aad's Freefind search engine, vul in het venster jouw woord in, bijvoorbeeld Rotterdam en klik op ENTER
Benjamin, 1877
Hertaling.
Rotterdam bij dag en nacht; lotgevallen van een Rotterdamse familie. Rotterdam, 1877. 11, 1 vlg., 221 vlg., 24 vlg.
Ratelende wagens, schreeuwende koetsiers, stromende pijpen, prachtige zeeboten, sierlijke schepen, vuile driemasters, stapels koopwaren, sjouwerlieden, die, op een zeil uitgestrekt met hun armen onder het hoofd, de drukte aanschouwen, of door die drukte vermoeid, hun ogen dichtknijpen en slapen. Zeelui, die hard werken, of met de handen in hun zakken lopen te wandelen met die eigenaardige waggelende gang, die hun eigen is en waardoor zij de indruk wekken, alsof zij nog op het schip lopen. Anderen staan voor een kroeg met een pijp in hun mond en slaan de beweging gade.
Hardlopende heren, mannen van zaken, diep doordrongen van het besef, dat tijd geld is, en die daarom lopen, alsof iedere minuut voor hen schatten meebrengt; dames, die telkens in hun deftige, langzame gang worden gestoord door een wagentje op één wiel, dat door een man wordt voortgetrokken en door een ander geduwd, en waarmee de goederen van het schip in het pakhuis worden gebracht.
Meisjes met een wagentje, waarin zich een paar kinderen bevinden, die te midden van al dat gewoel zo gerust mogelijk slapen, terwijl de meisjes met dezelfde gerustheid nu en dan knikjes en oogjes geven aan vurige bewonderaars, waaronder zelfs Engelsen, die door aanschouwen en lachen zich moeten schadeloos stellen voor het gemis met zulk een bekoorlijk wezentje te kunnen spreken.
Tentjes met een grote weegschaal ervoor, waarin zich een man bevindt, die te midden van al die drukte slechts luistert naar de getallen, die men afroept en die hij moet opschrijven. Vreemdelingen, die alles aanschouwen met een minachting, alsof zij te kennen willen geven, dat het bij hen veel drukker is, en Engelsen, die toch met welgevallen zich te midden van die drukte voortbewegen.
Een hotel, waarin ieder ogenblik iemand in of uit gaat, waar op de stoep enige gasten zitten, die aan niets anders schijnen te denken dan aan het bad, dat zij kort geleden hebben genomen en aan het diner, dat nog genomen moet worden.
Schepen en boten die aankomen en vertrekken, visiteurs die staan te wachten of druk bezig zijn met na te zien, of de aankomende reizigers het land soms niet te kort doen. De deuren van de synagoge geopend, om de talrijke bezoekers en bezoeksters te ontvangen, die niet allen vervuld zijn met heilige ernst nu zij het gebouw des gebeds binnentreden. Leven en beweging kon men dus overal op die zaterdagmorgen in de Boompjes waarnemen, in dat gedeelte van Rotterdam dat de bronader van zoveel welvaart en voorspoed kan worden genoemd. Dat is een gedeelte van de stad, waar ieder zo gaarne vertoeft, waar men een der schoonste gezichten heeft.
Daar worden de koopwaren aangevoerd, die dikwijls voordeel maar ook dikwijls nadeel opleveren; daar brengt menig schip de producten van verre landen, die hier worden gebruikt.
Iedere Rotterdammer kent het Doelwater. (Het Doelwater is in 1859 gedempt. Het liep langs het Gerechtsgebouw, later Hoofdbureau van Politie, van het Haagse Veer naar de Coolsingel). De een weet er de weg, alleen bij avond, wanneer hij een bezoek brengt aan een goede kennis. Een ander heeft er steeds een vaste plaats als hij muzikaal genot wil smaken, en de grenadiers en jagers of een ander muziekkorps in de Doelen spelen. Hij noemt zich dan, om nog geestig te wezen, "buitenlid van de Sociëteit". Niet iedereen voegt het dan ook de contributie van "de Harmonie" te betalen, en om die te besparen getroost men zich gaarne een weinig moeheid in de benen, en enig duwen en stompen in de lendenen! Om een en ander te ondervinden bestaat op concertavonden ruimschoots gelegenheid. Een derde is daar goed bekend, omdat die weg hem voert tot de zaal, waar de heilige justitie haar zetel heeft opgeslagen.
Voor de opening van elke terechtzitting staat een bonte menigte met ongeduld het ogenblik af te wachten, waarop de deuren geopend zullen worden. Zij hunkeren naar de uitspraak, waarbij de een of andere goede kennis zal worden veroordeeld of vrijgesproken. Men kan hen onderscheiden; de habitués, die week aan week die zittingen bijwonen, alleen uit nieuwsgierigheid, en om de tijd te doden, en de nieuwelingen, die slechts voor een enkele bijzondere gelegenheid die zaal bezoeken, om te horen welk vonnis zal worden uitgesproken over een vriend of een goede kennis!
Welke beslommeringen de bewoners in Rotte's stad ook mogen hebben, hoe zwaar de zorgen hen soms ook mogen drukken, hoe veel moeite het velen ook soms kost om van de ene dag in de andere te komen, er is een tijd in het jaar, waarin zij niet denken om de strijd voor hun bestaan en zich louter overgeven aan genot en verstrooiing. - Het is de kermistijd.
De Rotterdamse kermis is beroemd of berucht, zoals men het noemen wil. - Kermis noemt men een tijd van ontspanning voor het volk; in Rotterdam doet elk, van welke stand ook, mee in die dagen om dwaasheden en akeligheden uit te voeren.- En heeft men in de eerste dagen nog het begrip om het decorum te bewaren, in de laatste dagen verliest zelfs menig deftig burger zijn kalmte, wordt los als weleer en verbeeldt zich dan nog jong te zijn.
Er zijn kermisavonden en nachten, maar talrijker zijn de dolle perioden. Het schijnt voor velen een levensvereiste te zijn, om de Rotterdamse kermis bij te wonen, ja zelfs ontzeggen enkelen iemand het recht om mee te praten, zolang men dit niet doet. Ik ben geen stoïcijn en houd van genot, maar de dolzinnigheid, zelfs begaan door mannen uit de deftige koopmansstand die in de Doelen over de grond rolden met zekere dames, voor wie zij zich anders zouden schamen, doet mij wel eens vragen of men billijk handelt, door uitsluitend de laagste klasse te beschuldigen van buitensporigheid in die dagen.
Een zeer gewaardeerde bijdrage van Gerrie van der Laan
Heb je een vraag of opmerking voor Gerrie van der Laan, stuur dan Aad, de webmaster, een email: aad@engelfriet.net
Op onze site kun je nog meer verhalen vinden van haar, gebruik daarvoor onze zoekmachine:
Klik hier als je wilt zoeken via Aad's Freefind search engine, vul in het venster jouw woord in, bijvoorbeeld Gerrie van der Laan en klik op ENTER
|
wat zijn we trots op ons familiewapen ...., beetje jaloers zeker .... |
Terug naar de top |
---|